vfÖND# «Mra.KRtvouc«s. ahwr. de lieve som van 52.000 gulden gekost. Dit Van Hagerbeerorgel heeft een kleine eeuw dienst gedaan bij de ondersteuning van de kerkzang. Dat de psalmen muzikaal werden begeleid, was niet zo vanzelfsprekend, want de hervormde kerk had het gebruik van orgels in de dienst om religieuze redenen afgewezen. Zij waren alleen nog maar voor en na de eigenlijke godsdienstoefening te horen. De kwaliteit van de kerkzang verminderde hierdoor en dat verdroot de echte muziekminnaars. In Alkmaar was de kerkeraad blijkbaar minder steil in de leer, zodat de kerkgangers op de tonen van het orgel hun liederen konden zingen. Bijna honderd jaar later raakte men opnieuw ontevreden over het orgel in de Grote Kerk. De organist Gerhard Havinga, die in 1727 was benoemd, wist het stadsbestuur te overtuigen dat het orgel moest worden vernieuwd. De bouwer van 160 dit orgel was de fameuze F.C. Schnitger en zo ontstond het beroemde instrument dat onlangs, in 1987, werd gerestaureerd. Een muzieksoort die in Alkmaar altijd heel populair is geweest, is het carillonspel. Van oudsher waren er in de stad drie klokkenspelen: in de Grote Kerk, in de Kapelkerk en in de Waag. Het Waagcarillon was het meest uitgebreid. In het jaar 1687 werd het vervangen door een nieuw spel van 36 klokken. De oude klokken, behalve de hoofdklok, werden verkocht aan een Amsterdamse gieterij, wat zestienduizend gulden opleverde. De nieuwe klokken werden gemaakt door klokkengieter Melchior de Haze in Antwerpen en persoonlijk afgehaald door de stadsklokkenist Gerard van de With. Op 28 oktober was hij met zijn helpers en de klokken terug op hetWaagplein, waar een duizendkoppige menigte hen stond op te wachten. Op zaterdagmiddag 26 november werd het carillon door Van de With ingewijd. Hij speelde Linksboven: De kleinkunst beleefde in de jaren tussen de beide wereldoorlogen ook in Alkmaar een bloeiperiode. De titel van het door dit gezelschap gespeelde stuk was 'Marijke van Scheveningen'. Het scheepje op de voorgrond verwijst daarnaar. De namen van de spelers zijn bekend, maar desondanks is het nog niet gelukt vast te stellen om welke groep het hier gaat. Rechtsboven: Het mannenkoor Excelsior in 1910, opgesteld voor het lokaal Diligentia aan de Korte Nieuwesloot. Het koor werd in die jaren geleid door de directeur J. F. de Heer. Naast dit grote koor bestond er nog het mannenkoor Orpheus en het in 1909 opgerichte mannenkoor De Verenigde Zangers. Midden: Alkmaarse verenigingen van diverse pluimage deden mee in een optocht bij de viering van de onafhankelijkheidsfeesten in 1913 (in 1813 was Nederland bevrijd van de Fransen). Hier staan de bestuursleden met de vaandels van onder meer de toneelvereniging Vondel, de turnclub Kracht en Vlugheid en de zangvereniging Nieuw Leven met het mannenkoor Orpheus. Het geheel speelt zich af op een terrein aan de Nieuwpoortslaan, waar nu nog de Alkmaarse optochten beginnen.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Ach Lieve Tijd Alkmaar | 1988 | | pagina 12