-fa
Rariteitenkastje
Schoolreis naar Schoorldam
Toen in het begin van deze eeuw de algemene
leerplicht werd ingevoerd, hoefde de Alkmaarse
vereniging voor volksonderwijs zich niet meer zo te
bekommeren om het doel waarvoor zij indertijd was
opgericht, namelijk ervoor te zorgen dat zoveel
mogelijk kinderen naar school gaan.
Wel bleven zij proberen het openbaar onderwijs
aantrekkelijker te maken dan het bijzonder
onderwijs. Een belangrijk wapen in deze strijd was
het organiseren van een jaarlijkse schoolreis. Iedere
zomer voer een volgeladen driedeksboot van de
Alkmaarse Packet door het Noordhollands Kanaal
richting Schoorldam. Daar brachten de kinderen 'in
de duinen een dag van volmaakt geluk door,
waaraan zij ongetwijfeld in dankbare herinnering
terug zullen denken als zij de volwassenheid bereikt
hebben
Links: Oorlogen hebben
altijd tot de verbeelding van
de jeugd gespeeld. Op dit
tegeltje van omstreeks 1830
spelen twee kinderen
'soldaatje'. Het leger telde
van oudsher muzikanten
onder zijn manschappen.
Muziek was niet alleen
belangrijk tijdens het
marcheren, maar kon ook
de soldaten opzwepen
terwijl zij op de vijand
afstormden.
Onder: Vliegeren is niet
alleen een vermaak van onze
tijd. Al omstreeks 1650 wist
men zich er al danig mee te
amuseren, zoals op dit
schilderij van een
onbekende kunstenaar is te
zien.
80
herdenking moest de herinnering aan deze
inwijding levend houden. Dat de kermis inderdaad
een lang leven beschoren zou zijn, daarvan getuigt
de ook nog elk jaar, enkele weken na de naamdag
van Sint Laurens weer terugkerende kermis.
Tot aan de Hervorming werd de viering van de mis
gevolgd door een processie en tevens werden er
toneelstukken met een godsdienstige strekking
opgevoerd. Maar al in de middeleeuwen zagen de
kerkgangers de processie omgeven door wereldse
festiviteiten en kwamen er voorstellingen met een
minder religieuze inhoud op het programma. Zo
ontstonden er langzaam maar zeker allerlei
evenementen die nu als kermisvermaak bekend
staan. Uiteraard zag menige kleine koopman of
marskramer op deze hoogtijdagen, als er van
heinde en ver mensen toestroomden, de kans
schoon zijn spulletjes en snoeperijen aan de man te
brengen.
Na de Hervorming drukten de protestanten een
steeds zwaarder stempel op het maatschappelijk
leven; dus ook op het feestvieren. De rooms-
katholieken mochten niet langer in het openbaar
kerkdiensten houden, laat staan dat zij nog langer
de inwijding van de in calvinistische handen
overgegane Sint Laurens, voortaan Grote Kerk
geheten, in een mis mochten herdenken en een
processie mochten houden. Sterker nog, het hele
kermisleven, dus ook het werelds vermaak, werd
door de hervormden als een afkeurenswaardige
zaak en als een typisch voorbeeld van 'paepsche
stoutigcheden' beschouwd. Het lukte de
predikanten echter niet de kermis te laten
verbieden, maar het evenement werd vanaf 1600
wel op een laag pitje gezet. Tot algehele afschaffing
kwam het niet omdat de tegenkrachten te sterk
waren. De Alkmaarder wilde zich zo nu en dan
kunnen uitleven. In de achttiende eeuw zat het
kermisvieren zelfs weer in de lift. De jaarmarkten
kregen toen hoe langer hoe meer een kermisachtig
karakter. Naast de hoofdkermis in augustus
ontstond er bovendien nog één tijdens de
voorjaarsmarkt.
Achtbanen, botsautootjes, draaimolens en meer
van dat fraais waren in de achttiende eeuw
natuurlijk louter science-fiction. Maar de
vindingrijkheid van de spullebazen was toch groot
genoeg om de bezoekers het nodige geld uit de zak