Een mini-lusthof
Linksboven: Vanaf het
begin van de 17de eeuw was
de Alkmaarder Hout een
uitgaansgebied voor de
inwoners van onze stad. Op
deze tekening uit 1725
verpozen Alkmaarders zich
bij de kegelbaan.
Rechtsboven: De Hout biedt
een gevarieerde fauna.
Hoewel de apekooi is
afgebroken, floreert de
eendenvijver nog ten volle.
Dat was vroeg in onze eeuw
ook al het geval, zoals op
deze foto is te zien.
Links: De Hout was een
ideale plaats voor het
houden van paardenrennen.
Op zaterdagmiddag 10
september 1825 werd een
harddraverij gehouden. Het
was erg mooi weer en de
toeschouwers waren van
heinde en ver toegestroomd.
Achttien van de snelste
paarden deden mee.
Uiteindelijk wist het paard
de Rot, van de
Amsterdammer A. van der
Hoop, beslag te leggen op
de eerste plaats. Zijn baas
ontving als prijs een zilveren
koffiekan.
Deze tekening laat zien hoe
de winnaar werd toegejuicht
in de Harddraverslaan
ofwel de Wilhelminalaan.
Op last van de Duitse
bezetter werd de naam
Wilhelminalaan weer
veranderd in
Harddraverslaan. Immers,
alles wat een eerbetoon was
aan het Oranjehuis moest
verdwijnen. Na de Tweede
Wereldoorlog werd de oude
naam weer in ere hersteld.
Door de aanwezigheid van
het Medisch Centrum is de
Wilhelminalaan nu een van
de drukste straten van
Alkmaar geworden, waar
honderden auto's staan
geparkeerd.
gehouden. Een jaar later besloot de brandweer het
festijn te schrappen. Het gerenoveerde Waagplein
zou te weinig ruimte bieden aan mensen en
materieel. Ook de belangstelling van de
brandweerlieden zelf liep terug.
De Alkmaarder Hout wordt nog steeds de groene
long van de kaasstad genoemd. Aan de westzijde
van de Kennemerstraatweg, de toegangsweg vanuit
het zuiden, ontstond een mini-heerlijkheid, waar de
burgerij in de zomer haar vertier zocht. Omstreeks
1610 moeten de eerste bomen zijn geplant door de
stad Alkmaar. Het waren overgebleven exemplaren
van wegbeplantingen, die zolang een plaatsje
kregen in 'de houte'. In de periode 1624-1628
besloot het stadsbestuur een soort lusthof aan te
leggen. Alkmaar had immers niets op dat gebied.
Men liet bekende tuinarchitecten ontwerpen
maken voor lanen en beplantingen en zo onstond
langzaam maar zeker de Alkmaarder Hout.
In het park verrezen in later tijd ook
sociëteitsgebouwen, een muziektent en een
hertenkamp. Alkmaar mocht niet achterblijven bij
plaatsen als Haarlem en zelfs Beverwijk, die al over
dit soort voorzieningen beschikten. De burgerij
vermaakte zich hier in de negentiende eeuw met
wandelen in het groen en luisteren naar muziek in
de muziektuin of vanaf de terrassen van de
sociëteitsgebouwen.
Reeds eeuwen eerder gaf men zich in de Hout over
aan het kolven. Al omstreeks 1600 werd dit spel, dat
doet denken aan het hedendaagse golf, op de
toenmalige Rojaale of Kolverslaan (de
tegenwoordige Wilhelminalaan) beoefend. Een
zekere Jan Jansz.. herbergier uit het Gulden Vlies,
werd in die tijd bij het spelen van het kolfspel
dusdanig getroffen door de scholier Jacob Cooren,
dat de herbergier aan zijn verwondingen bezweek.