Kinderziekten
Vrouwensterfte
Hiernaast: Ontroerende
tekeningen van een
ontroostbare moeder bij het
sterfbed van haar kind. Op
de linkertekening is het kind
zojuist overleden. Op de
rechtertekening ligt het
opgebaard in zijn kist. De
vader heeft de tekening links
voorzien van een gedicht
met de volgende beginregel:
'k Beken, 't valt zeker hart
te schijden van 't geen men
naast God meest bemind'.
Op de tekening rechts
schreef de vader onder
meer: 'Denk aan de wijste
der voorvaderen en zegt:
God neemt het die 't mij gaf
mondjesmaat terug. Andere ziekten stonden
alweer klaar om het leven zuur en eindig te maken.
De sterfte onder kinderen was groot. Juist zij
hadden nog niet voldoende weerstand opgebouwd
om allerlei ziekten het hoofd te kunnen bieden.
Bovendien zorgde de slechte behandeling tijdens en
na de bevalling ervoor, dat het leven van veel
zuigelingen voortijdig werd beëindigd. De
gezondheid van de kinderen van armen liet vaak
nog meer te wensen over. Lichaamslengte zegt
nogal wat over gezondheid en dat bleek zo'n
honderd jaar geleden overduidelijk uit een
schoolonderzoek in Alkmaar. De leerlingen van de
armenschool bleken een stuk kleiner te zijn dan hun
leeftijdsgenoten die de burgerschool aan de
Brillesteeg bezochten. Een typische kinderziekte is
mazelen. Deze heerste in 1905 zo sterk, dat 35
kinderen hieraan stierven. Oudere mensen zullen
zich nog vast de Spaanse griep uit 1918 herinneren,
waar over de hele wereld 20 miljoen mensen aan
stierven. Ook in ons land eiste zij haar tol. Alkmaar
kreeg daarentegen weinig slachtoffers te betreuren.
Toch werden zoveel kinderen ziek dat de openbare
lagere scholen een maand werden gesloten. Een bij
kinderen veel voorkomende plaag was de hoofdluis.
Vooral de meisjes met hun lange haren waren
rhiervan slachtoffer. Zo'n zeventig jaar geleden
hadden de luizen zich in zoveel haardossen
genesteld, dat de schoolarts pleitte voor het
kortknippen van de hoofden. Hij kreeg geen voet
aan de grond, omdat de ouders op grote schaal
weigerden hieraan te voldoen.
Een markante Alkmaarse geschiedenisleraar had
als lijfspreuk: Als mannen kinderen moesten
baren, zou de mensheid allang zijn uitgestorven'.
Misschien gaat dat niet meer op voor onze tijd,
waarin het krijgen van kinderen een nogal risico- en
pijnloos gebeuren is geworden. Voor het verleden
zou deze spreuk wel hebben gegolden. Het aantal
Alkmaarse vrouwen dat stierf in het kraambed was
groot, zoals de begraafboeken in het
gemeentearchief laten zien. Vooral de zogenoemde
kraamvrouwenkoorts was een gevreesde ziekte.
Deze kraamvrouwenkoorts was een verzamelnaam
34 voor tal van infecties die de kraamvrouwen konden
oplopen en die vaak een vroegtijdig einde
betekenden. Het kraambed werd veelal omringd
door hulpbiedende buurvrouwen, die geen weet
hadden van de noodzaak tot hygiëne. Bovendien
wisten zij de vele moeilijkheden waarmee
bevallingen gepaard konden gaan, veelal niet het
hoofd te bieden. Het Alkmaarse stadsbestuur
probeerde de sterfte in het kraambed te
verminderen door de aanstelling van vroedvrouwen
en -meesters. Deze moesten een examen afleggen
bij artsen. Bij de toenmalige stand van de medische
wetenschap was ook dat niet voldoende om te
voorkomen dat veel vrouwen een afschuwelijke
dood stierven. Bacillen waren nog onbekend en om
allerlei complicaties te kunnen oplossen, hadden de
vroedvrouwen te weinig kennis. De beschrijving
van zoveel ziekten met fatale afloop doet de vraag
rijzen of daar nu niets tegen was te doen. Stonden
onze voorouders dan zo machteloos en namen zij
geen maatregelen?
Boven: In schril contrast
met de tekeningen links- en
rechtsboven staat de
hfbeelding van een moeder
die liefdevol haar kind
voedt. De tekening dateert
uit het midden van de vorige
eeuw. In tegenstelling tot
vandaag kwam sterfte onder
zuigelingen veelvuldig voor.
De medische wetenschap
was nog onvoldoende
ontwikkeld om de oorzaken
daarvan te onderkennen
zoals gebrekkige hygiëne en
eenzijdig voedsel.