Burgemeester Jan Burger Burgemeester van Harenkarspel (1909-1928) en Warmenhuizen (1921-1928) Door Jaap Blokdijk. Een tijdje geleden verscheen er in 'Zicht op Haringkarspel' (nr. 35a) een artikel over de opvolger van Jan Burger, burgemeester Henk Nolet, de achtste burgemeester van Harenkarspel (1928-1958) en de tweede burgemeester die naast de gemeente Harenkarspel, burgemeester van Warmenhuizen werd. Dit artikel geeft een overzicht van het werk van mijn opa, de zevende burgemeester van Harenkarspel (1909-1928). Gerekend vanaf 1811/13 waren er zes voorgangers, die vanaf 1825 definitief als 'burgemeester'werden aangeduid:Jan Sart (1811-1813/1814-1817); Pieter Bregman (1817-1824); Cornelis Bos (1825-1831); Fulps Bijpost (1831-1843); Cornelis Francis (1843-1879);Jacob Swan (1879-1909). Hij was tevens de eerste katholieke burgemeester van deze gemeente en die vanaf 1921 tot zijn dood ook de eerste gecombineerde burgemeester van Harenkarspel en Warmenhuizen (1921-1928) was. Zijn achtergrond Jan Burger werd op drie september 1871 geboren. Hij was de oudste zoon van Jacob (us) Burger (1842- 1926/7) en Brigitta (Bregje) Ligthart (1846-1913) in een gezin met drie kinderen. Zijn West-Friese familie was aan het begin der 19e eeuw van Bergen/Alkmaar naar Harenkarspel verhuisd, van waaruit die zich ver der verspreidde naar o.a. Warmenhuizen. Zijn vader was een katholieke boer uit Kalverdijk, die als kerk meester van zich deed spreken. Zijn moeder overleed vroeg op 14-1-1913 toen hij vier jaar was. Hij had een broer Simon Burger (1879-1942), die plaatselijk bekend werd als (kermis-)musicus: hij was naast tuin bouwer rooms-katholiek kerkorganist en werd laat in zijn leven gemeenteraadslid (1935). Hij zat in die raad tot in 1941 toen de Duitsers de raad ophieven; hij overleed in 1942. Jan had voorts een zuster Nan, die al na drie maanden als baby stierf in 1882. Jan moet schoolgegaan zijn in Kerkbuurt, op de openbare lagere school aldaar, vermoedelijk van 1877/78-1883/4, waar hij les heeft gehad van mej. Steinbach en de hoofden Backum, Pastoor, Appelboom en Blad. Hij genoot geen voortgezet onderwijs. Hij zal daarnaast bij zijn vader werkzaam geweest zijn op de boerderij die hij later overnam, hij hield koeien, en had een tuinderij (gemengd bedrijf), en kreeg later hulp van 'Terra', een achterneef van Jan. In 1891 werdjan bij de inschrijving voor de Nationale Militie omschreven als "1683 millimeter ovaal aange- zigt en een hoog voorhoofd, blauwe ogen, een gewone neus en mond, ronde kin, blond haar en wenkbrau wen". Hij werd aangewezen voor de dienstplicht; na 1909 behoefde Jan Burger niet te dienen, omdat hij een overheidsfunctionaris was. Hij moet een sociale man geweest zijn, met interesse in de Katholieke Sociale Actie (KSA), een beweging die op katholieke grondslag die pleitte voor verzach ting van de sociale tegenstellingen d.m.v. sociale wet geving. In 1903 richtte de r-k politicus P.J.M. Aalberse naar Duits voorbeeld, ongetwijfeld geïnspireerd door de encycliek Rerum Novarum (1891) van paus Leo XIII, de Katholieke Sociale Actie op, in Nederland vanaf 1903-1942 (Duits verenigingsverbod). Jan Burger was de voorzitter van de KSA te Harenkarspel, vanuit deze beweging steunde hij - zijnde bestuurslid (en wellicht ook voorzitter) vanaf 1921-1928 - de fanfare St. Hildegardis Tuitjenhorn. In 1925 houdt de burgemeester een nogal r-k getinte toespraak bij de inwijding van het nieuwe vaandel voor St. Hildegardis. Hij was een gelovig katholiek, wat o.a. ook blijkt uit een toespraak van Jan Burger in het patronaatsgebouw bij de oprichting van dit muziekkorps, waar hij spreekt over een der heilige sacramenten. Zicht op Haringcarspel mei

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 2014 | | pagina 10