stille zomeravond plotseling een onwezenlijk tafereel, vliegtuigen duiken met veel lawaai naar beneden, mensen kruipen in paniek heen en weer, het heeft iets van een komische film waar niets valt lachen. Even plotseling als zij kwamen verdwenen de toestellen weer. De rust is terug. De treinreizigers kloppen zwijgend het vuil van hun kleding en sloffen geheel ontdaan naar het station. Wellicht denken ze "het viel wel mee, ze hebben niet geschoten". Ik weet echt niet wat wij tegen elkaar hebben gezegd toen de vliegtuigen verdwenen. Wagenaar was een nuchtere Noord-Hollander. Ik kan mij zelfs voorstellen dat zijn eerste woorden waren "hebben we eigenlijk al een tweede kop koffie gehad?". Wat wij ook niet weten, wat die piloten terug op hun basis in midden Engeland tegen elkaar hebben gezegd. Zij zaten er tenslotte in letterlijke zin "met de neus bovenop". Zij voerden geen aanval uit, ze hebben de vijand geen schade gedaan. Was het dan een grapje op de zondagavond om wat mensen uiteen te jagen. Ik zou dan als collega vliegers tegen elkaar gezegd hebben, "laat die mensen voortaan toch met rust". Een paar weken later dook een viertal toestellen bijna op dezelfde plaats naar beneden, maar daar zaten piloten in, die er geheel anders over dachten. Ook zij verschenen plotseling en gingen direct tot de aanval over, waarschijnlijk omdat op de laatste wagen afweergeschut stond opgesteld. Wij waren toen in huis, maar nimmer hebben wij een situatie meegemaakt waarin een vredige sfeer zo snel over ging in een oorverdovend lawaai van schietende vliegtuigen en het gebulder van afweergeschut. Wij doken op de grond achter muren terwijl de kogels boven door het dak gingen. In feite duurde het maar kort, het waren maar een paar salvo's, maar iedereen was in paniek. Vooral toen wij ons realiseerden dat de baby van een dochter van vader Wagenaar nog boven in de wieg lag. Gelukkig lag de baby nog te slapen; ongedeerd. Wij realiseerden ons die dag wel dat onze boerderij echt wel in de gevarenlinie lag. De boerderij heet(te) Ora et Labora, bidt en werk, (en dat deden we elke dag!), maar je moest ook steeds op je hoede zijn. Het waren uiteraard niet de jagers zoals de spitfires en de hurricanes die de onrust veroorzaakten. De bommenwerpers, de lancasters en de halifaxen, waren vooral gedurende de avond en veel vaker in de nacht actief. Deze toestellen vlogen bij voorkeur over gebieden waar ze wat minder last hadden van zoeklichten en afweergeschut, en daarom werd vaak over midden Noord-Holland gevlogen en daarbij over de Zuiderzee (IJsselmeer). Boerderij Ora et Labora. Eerste toepassing van radar. Wij hebben in het voorjaar van 1944 voor het eerst gehoord over toepassing van de radar in de oorlogvoering. De geallieerden hebben de Duitsers begin 1944 wel behoorlijk "bij de neus genomen". Radar is een systeem waarbij men bepaalde radiogolven uitstraalt en welke op een ijzeren plaat reflecteren, zoals het licht op een spiegeltje. Deze uitvinding werd toen voor de eerste maal in de oorlogsvoering toegepast. Het is zeker zeer toevallig dat wij op die morgen daarmee kennis maakten en wel op onze akkers. Wij zagen op de akkers dat het land bedekt was met smalle strookjes zilverpapier. In de wijde omgeving had het als het ware strookjes zilverpapier geregend. De Duitsers die hun radarsignalen in westelijke richting straalden, konden in die periode op hun radarschermen de reflecties op de aanvliegende Engelse vliegtuigen zien. Zij zagen als het ware boven de Noordzee de toestellen als lichtende puntjes, terwijl ze ook konden zien in welke richting ze vlogen. Op deze manier was het mogelijk voor bepaalde gebieden maatregelen te nemen. Nu de Engelsen echter die strookjes uitstrooiden, zagen zij op de schermen duizenden lichtpunten, alsof er vele duizenden toestellen kwamen aanvliegen. De hele verdediging in paniek, als zou "de wereld nu haast vergaan". Zo was dit stukje techniek, anders gezegd een stukje tactiek, ons weer duidelijk. Wij wilden uiteraard de volgende morgen altijd wel weten, welke stad of steden waren aangevallen. De BBC - waar we steeds naar luisterden, hoewel dat verboden was - meldde -26-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 2006 | | pagina 28