Een strijd waarvan de uitslag van te voren al vaststond zo bekend is. Drie en een half jaar in dienst, waarvan drie jaar in Indië, is een lange tijd. En na deze lange tijd in Nederland, nog twee maal op herhalingsoefeningen. Daarna hebben wij van de Hoge Heren uit Den Haag, niets meer vernomen. Ja toch... men had nog wat voor ons in petto. In een schrijven van het Ministerie Van Defensie van 14 januari 1998, 50 jaar na dato vijftig jaar staat, dat regering en parlement in de afgelopen jaren een groot aantal maatregelen hebben getroffen om erkenning en waardering te tonen voor de inzet van veteranen en voor de door hen gebrachte offers. Hiervoor hebben zij geen compensatie ontvangen (nou, één en 25/100 gulden per dag), maar volgens bovengenoemd schrijven dan. Deze erkenning wordt gegeven in de vorm van een eenmalige uitkering van Fl. 1.000,- netto. En zo kwam alles nog goed alleen nog dit: Wat nooit meer goed komt,dat zijn de jongens die zijn achter gebleven. De honderden jonge mannen die begraven liggen op het Militaire kerkhof "Menteng Poeloe" bij Batavia (Djakarta) en andere militaire begraafplaatsen in Indonesië Zij hebben hun leven gegeven, waar tot op de dag van vandaag nog om getreurd wordt. En wie zijn daar in geweten verantwoordelijk voor? Deze laatste vraag mag u zelf beantwoorden. Met vriendelijke groeten, P.C.Hoogeboom, Pastoor Willemsestraat 126 Warmenhuizen. DE VROEGSTE GESCHIEDENIS VAN HET FRIESE KONINGSGOED WARMENHUIZEN. De naam "Warmenhuijsen" ontstaat omstreeks 745. In diverse boekjes over Warmenhuizen komen we gegevens tegen dat Warmenhuizen geen ontstaansgeschiedenis heeft. Er is wel een vermelding dat de Heren van Egmond de gebieden Warmenhuizen in 1254 en Harenkarspel in 1256 in hun bezit hebben. Meester A. Mekken schrijft in zijn boekje uit 1955 over de geschiedenis van Warmenhuizen "noch het tijdstip noch de oorsprong van de naam valt met zekerheid te zeggen". Echter als er andere geschiedkundige bronnen worden ontdekt dan wordt het een ander verhaal. Radbout de tweede. Dat de naam Warmenhuizen al rond 745 bestond, is op te maken uit een schrijven van Dirck Woutersz. Pastoor te Wassenaar (1504-1580). Hij was de huiskapelaan van de Heren van Wassenaar te 's Gravenhage en had als zodanig ook toegang tot het huisarchief van deze familie. 13

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Zicht op Haringcarspel | 2005 | | pagina 15