De tweede wereldoorlog in Sint Maarten
Het begin
Je las er over in de kranten, je hoorde er over door de radio. De provocerende houding van
Duitsland werd steeds groter. Maar ja wat kon ons hier in dit kleine landje gebeuren? Maar dan,
september 1939 ging het toch mis, Hitier trok Polen binnen.
De Nederlandse regering ging over tot mobilisatie van het leger. Ook hier op het dorp Sint
Maarten werden enkele mannen opgeroepen, o.a. de smid J.v.d.Ham, metselaar K.Numan en ook
onze buren Cees v.d. Steen en J.Geertsema moesten zich melden.
Zestien september 1939 werden de eerste bonkaarten uitgedeeld. In de kranten las je over
grensschendingen door vliegtuigen en er werd een luchtbeschermingsdienst opgericht, welke 's
avonds en 's nachts in het raadhuis moest dienst doen.
Ons land werd opgeschrikt door het torpederen van ook Nederlandse schepen. Op 18 november
loopt het Nederlandse schip de 1Simon Bolivar' op de noordzee op een mijn.
Maar dan, in de vroege ochtend van 10 mei 1940 hoorde ik wel schieten, maar eerst dacht ik dat
het wel weer oefeningen zouden zijn. Maar toen riep moeder me en zei dat het vast geen
oefeningen waren, het was ernst.
Boven Den Helder en het vliegveld Bergen werd zwaar geschoten door luchtdoelgeschut en zware
knallen gaven aan dat er bommen vielen. Het waren vier spannende dagen waarin het gonsde van
geruchten over zware gevechten in het oosten en zuiden van het land. Maar hier merkte men niet
veel van de oorlog.
Op eerste pinksterdag, 12 mei 1940, werden grote groepen mensen uit Amersfoort en omgeving in
de naburige dorpen ingekwartierd. Zij wisten te vertellen wat er in echt in Nederland gaande was.
Op tweede pinksterdag zouden ook in Sint Maarten evacuées uit Amersfoort komen.
Mensen met een wat grotere woning kregen een aanzegging, zo ook buurman Bram v.d.Steen.
Daar waren ze de hele pinkster bezig met het in orde brengen van woon— en slaapgelegenheid.
Deze evacuées zijn hier nooit gekomen, de Duitse opmars ging zo snel dat het ontruimen van het
waterlinie gebied overbodig werd en na het bombardement op Rotterdam capituleerde ons land op
14 mei.
De strijd was gestreden, dacht men, en veel gebeurde er in die beginperiode niet. Na enkele weken
kwam de bezetting dichterbij, de eerste Duitse troepen trokken ons dorp binnen. Het waren
eenheden van een cavalerie regiment. De school en enkele huizen werden gevorderd en voor de
paarden werd een onderkomen gezocht in schuren en koolboeten en een veldkeuken werd ingericht
in het "werkhuis" van Cor Groet op Knijnsberg. Het leverde allemaal nog niet zo veel problemen
op. De soldaten bleken mensen van het platteland, velen uit Oost-Friesland die hier met de burgers
wel goed konden opschieten.. Die eerste tijd was het een komen en gaan van troepen en als het
dorp weer een tijdje vrij was van bezetting kwam er weer een volgende groep, weer vordering van
school en huizen en ook de cafés werden gedeeltelijk bezet. De schooljeugd kreeg dan weer les in
de kerk.
Inmiddels was voor veel levensmiddelen de distributie ingesteld en zo hier en daar begon men wat
te hamsteren. Als de winkelier wat voorraad had dan kocht men wat extra. Moeder had wat pakken
zeep, waspoeder en koffie ingeslagen en dacht dat ze daarmee het einde van de oorlog wel zou
halen....
D.Koning de winkelier gaf vader de raad nog wat sigaren in te slaan, want de tabak zou ook wel
gauw op de bon gaan. Vader, een echte sigaren roker, besloot dan ook maar 10 kistjes van 100
stuks te kopen, dan kom ik een heel eind, dacht Weihij. Maar toen kort daarop de tabak ook
werkelijk op de bon ging en hij naast zijn rantsoen dagelijks een sigaartje van de voorraad op stak,
was het met het voorraadje toch snel bekeken. Toen er tenslotte nog 2 over waren besloot hij deze
te bewaren, en ik bewaar ze nog steeds.
Ging het in het begin allemaal nog vrij gemoedelijk, de bezetters werden al snel strenger en
grimmiger. De verduistering trad in werking. Een uitgaansverbod werd ingesteld, vanaf 31 oktober
1940 was het tussen 24.00 en 04.00 uur verboden zich buitenshuis te bevinden.
Als lid van de luchtbescherming kreeg men dan een vrijstelling, maar van de oorlog zelf ontdekte
24