Dan vlogen de zeven personen even mysterieus als ze gekomen
waren, weer als zwanen weg in de richting van de Noordzee en
Radboud voerde vanaf die dag zijn zwaard Asbran.
OUDE BEROEPEN VAN "MENSEN LANGS DE WEG".
In onze "serie" mensen langs de weg" wil ik deze keer de scharen
en messenslijper onder de loep nemen. In het Harenkarspels was
het gewoon "de skeresliep". De echte skeresliep kwam met een
mooie handwagen of bakfiets met er boven een dakje, aan de zij kant
was een soort treeplank gemonteerd, die in verbinding stond
met een as op de wagen. Door nu de plank met één been op en
neer te bewegen bracht de slijperde as in beweging en tevens
de daarop gemonteerde slijpschijven.
Verder was er nog een aanbeeldje op de kar geplaatst om het
pennetje of schroefje uit de scharen te kloppen en weer vast
te zetten.
Dan natuurlijk nog de nodige doeken en olie en vet om de messen
en scharen weer "als nieuw" af te leveren.
Ook in die tijd had je natuurlijk goede en minder goede "sliepen",
een van de goede was Semler, die kwam uit Hoorn om ook hier
de scharen en messen te slijpen, hij was voor de mensen een ver
trouwd persoon, omdat hij regelmatig terug kwam en geen gekke
prijzen vroeg en vakwerk af leverde.
Een vetpot werd het natuur! ij k nooit voor deze mensen want al
kochten ze ook nog vodden op, het bleef dubbeltjes en kwartjes
werk en hele lange dagen werken. In de winter, met sneeuw en
ijs was er met slijpen helemaal niets te verdienen, men bleef
dan in de stad of zocht voor die periode ander werk, b.v. bij
een kolenboer, maar in het voorjaar zag je ze weer ui tzermen
de skeres1iepenom alles wat stomp was weer scherp te maken.
In het bovenstaande stukje over de "skeresliep" viel het woord
vodden. Vodden waren over het algemeen oude kleren, sokken die
af waren, poetsdoeken die niet meer gebruikt werden, enz.
Gooi maar in de voddenzak werd er dan gezegd. De bedoeling er
achter was dat het later aan de voddenboer verkocht werd.
De voddenboer of voddenman kwam in voorbije jaren door dorp en
stad met een wagen en kocht dus alle vodden op. Meestal klonk
hun kreet door de straten "vodennn", heeft u nog vodennn?
Als bleek dat er handel was, kwamen ze met hun "unster", een
weegwerktuig dat in de hand werd gehouden en voorzien van een
haak waaraan de zak met vodden werd gewogen. Meestal werd er
eerst nog gekeken of er wel echt allemaal vodden in de zak zaten,
een z.g. kat in de zak kopen hielden ze niet van. Ze moesten
tenslotte zelf ook weer hun handel aan de groothandel kwijt.