Courant en een actief verzetsman. Deze moest fietsen regelen en ervoor zorgen dat de mannen bij Burgervlotbrug het Noordhollandsch Kanaal zouden kunnen oversteken om vandaar binnendoor de terugtocht naar Amsterdam te kunnen maken. Dat was een veel veiliger route dan over de rijksweg langs het kanaal naar Alkmaar. Onderschept Hoe Harry van den Brink de oorlog is doorgekomen, is ongewis. Jelke Bosch werd bij een tweede vluchtpoging vanaf Wieringen op zee onderschept. Hij en zijn zes metgezellen, Van der Mey, Siliacus, Bouvy (de man uit de boot van Langer- aar), Johannes van der Slikke, Rudolph Cort van der Linden en Hendrik Cohen werden door Duitse mijnenvegers gesnapt en opgepikt. Dirk Cornells de Graaf Dirk Cornelis de Graaf, geboren op 16 juli 1888 te Haarlem mermeer, woonde aan de Broekergouw in Zunderdorp en was van beroep kolenhandelaar, landbouwer en veetransporteur. Ook hij was regelmatig betrokken bij de afvaarten vanaf de Hondsbossche Zeewering en was eveneens aangesloten bij het LOF waarin hij nauw samenwerkte met dorpsgenoot Cornelis Hoeve. Later zou blijken dat veel mensen in Zunderdorp op de hoogte waren van de activiteiten van beide verzetsmannen, die samenwerkten met groepen van het LOF uit Nieuwen- dam, Diemen en Amsterdam-Zuid en -Oost. De Graaf en Hoeve werden waarschijnlijk door mensen uit eigen kring verraden en op 3 december 1941 gearresteerd. De Graaf stierf op 23 november 1942 in het concentratiekamp Neuengamme. Hoeve is via het kamp Amersfoort naar Vught getransporteerd, waarna hij in mei '44 naar Dachau werd gebracht. Daar is hij overleden. Hoekstra en De Graaf Tijmen Hoekstra en Dirk Cornelis de Graaf waren degenen geweest die dijkbaas Jan Cornelis Bellis hadden benaderd om hen te helpen mensen op zee te zetten die naar Engeland wilden oversteken. Hoekstra (schuilnaam De Jong) werd geboren op 3 januari 1893 te Nijelamer (gemeente Weststellingwerf, Friesland). Hij was onder meer adjudant onderofficier bij de motordienst van de Haarlemse Ripperda-kazerne. Tijmen Hoekstra had een topfunctie bij het LOF (Legioen Oud-Frontsoldaten) onder leiding van F. W. Tourton Bruyns. In juni 1942 loste het LOF zich op in de O.D. onder leiding van jhr. P.J. Six te Amsterdam. Hoekstra's hoofdkwartier was gevestigd in de Rijnbar aan de Rijnstraat in Amsterdam. Daar was ook een opslag van wapens die werden gebruikt door het verzet. Het trans port van de schepen voor de afwateringen waarbij Hoek stra was betrokken, werd veelal gedaan door de Firma Saan uit Diemen. Waren de schepen te groot dan werd de verhuiswagen van de firma Bram van Noord ingescha keld. De eigenzinnige Hoekstra was ook de man die het transport had geregeld van de boten waarmee Langeraar en Bosch op dezelfde dag wilden vertrekken. Toen Bellis hiervan hoorde trok deze zich onmiddellijk terug en wilde niets meer te maken hebben met Engelandvaarders. Hoekstra werd op 31 maart 1942 gearresteerd, waarbij hij een Duitse soldaat doodschoot. Tijdens het proces van Langeraar en Bosch werd Hoekstra met de mannen uit deze groepen geconfronteerd. Maar ze deden of ze elkaar niet herkenden nadat Bosch en Hoekstra vlak voor de zitting even een paar woorden met elkaar hadden kunnen wisselen. Tijmen Hoekstra werd enkele dagen na zijn zoon Albertus op 5 september 1944 gefusilleerd, hoogstwaar schijnlijk op de Leusderheide. Jelke Bosch Jelke Bosch (11-1-1915 te Valthermond) zou de oorlog overleven. Na zijn terugkeer uit Duitse gevangenschap maakte hij snel carrière bij de luchtmacht. Hij was onder meer vanaf april 1971 voorzitter van de Nadge-Policy- Board, de Navo-organisatie belast met het invoeren van een geautomatiseerd luchtverdedigingssysteem tussen Noord-Noorwegen en Oost-Turkije. In februari 1975 ging hij met pensioen. 19 De Leihoek

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 1995 | | pagina 19