ning achterop, fietsten ze zo nat en koud als ze waren naar Den Burg. Wij werden voor korte tijd opgevangen in een huis naast hoeve 'Bern', waarna we per open vrachtauto naar De Waal werden gebracht, waar ik da- nig overstuur aankwam. Wie waren slachtoffer geworden van deze schokkende gebeurtenis? Daarover heerste in het begin grote ondui- delijkheid. Ik kan me nog herinneren dat rond de mid- dag dominee Jansen asgrauw bij ons binnenkwam en hakkelde: "Ze hebben IJska gevonden." In de 'Texelse Courant' van maandag 2 februari lezen we: Watersnood in De Eendracht eist vier slachtoffers, naar andere vermisten wordt nog gezocht. Mede door de inspanningen van veel bedrijven, zoals de firma Drijver en Duinker en de niet aflatende inzet van TESO-chauffeurs, die met pillen op de been moe- ten worden gehouden, zijn de meest bedreigde punten dan onder controle. De jeugd van de zoon van een Texelse SS-er Piet Bakelaar vraagt zich af waarom zijn vader lid werd van de NSB en later van de SS. Een economische reden was er volgens hem niet. "Ik weet dat wij het in de cri- sistijd niet slecht hadden. Mijn vader was werkzaam in het boerenbedrijf en ik heb gehoord dat iedere boer hem als werkkracht wilde hebben. Bij ons was het geen crisis, alles was er. Ik ben geboren in Den Hoorn, waar nu Inn de Qnip is. Daarna verhuisden we naar de boerderij Sonja, die was eigendom van Kees Zijm van Mariahoeve. Mijn vader was vaste knecht bij hem. Jongvee van Keessie Zijm stond bij ons op stal. Mijn vader Gerrit Bakelaar was een echte strandjutter, een stroper en een avonturier. Hij was in zijn vrije tijd altijd op het strand te vinden. Nu zouden ze zeggen, hij had een beetje een aso-kant, maar hij kon goed werken. Verder kan ik niks over hem zeggen, want ik weet niks van hem. Tijdens de bezetting heb ik mijn vader nau- welijks gezien. Hij werd naar het Oostfront gestuurd en kwam in 1943 nog eenmaal terug naar Texel. Omdat mijn moeder door de bevolking van Texel erop aangekeken werd dat haar man aan het Oostfront zat, vertrok ze naar Den Helder om daar bij een gezin in de huishouding te werken. Het verhaal gaat dat ze in Den Helder via haar broer af en toe iets gedaan heeft voor het verzet. Omdat mijn moeder werkte, kon ze niet voor mij zorgen. Daarom woonde ik in die tijd het ene jaar bij de moeder van mijn moeder en het andere jaar bij de moeder van mijn vader op Texel. Het contact Enige dagen later vinden de uitvaartdiensten van de slachtoffers plaats. Na emotionele rouwdiensten wor den zij ter aarde besteld. Vijf van hen naast elkaar op het kerkhof van De Waal. Nu, 60 jaar later herdenken wij deze dramatische ge beurtenis. Herdenken is voor mij recht doen aan de slachtoffers en begrip tonen voor de nabestaanden, die van de ene op de andere dag hun man, vader en kost- winner moesten verliezen. Wij, de overlevenden heb ben geluk gehad. Willem Dijker, Redmer IJska Jan Koopman, Dirk Kuip, Wieger Bernardus, Siebren Y&lsweer hebben het niet ge- red, zij werden Voor stormvloed overmand'. Cor de Wolf, 1 februari 2013 Over mijn vader weet ik maar weinig Historische Vereniging Texel Nummer 106, maart 2013 Johan de Jong Aneszn, een broer van mijn moeder, voor de wagendeuren van Sonja, kort voor hij in 1939 naar Indie vertrok. Hij overleefde de slag om de Javazee, werd gevangen genomen, overleefde de aanleg van de Birma-spoorweg en emigreerde later naar Australie. (coll. HVT) 4

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2013 | | pagina 6