men landing vergemakkelijken.10 Het moet betwij feld worden of de Hoornders en andere loodsen onder hen toen naar huis konden terugkeren. Zij immers waren van strategisch belang om, hetzij uit vrije wil dan wel daartoe gedwongen, de Engelse schepen onder admiraal Duncan te begeleiden.11 Met hulp van de gevangen Hoornders konden de Engelsen in f799 zonder problemen het Marsdiep binnenlopen. In dit verband is het mogelijk dat onze familie-anekdote inhoudt dat Jacob Jansz Krijnen zich aan boord bevond van een vaartuig waarop de erfprins Willem Frederik van Oranje, de latere Koning Willem I, zich bevond. De erfprins kwam per schip vanuit Emden naar Den Helder. Dit schip liep op 7 september 1799 het Marsdiep binnen en moet de beschikking hebben gehad over een of meerdere loodsen. Mogelijk dat Jacob Krij nen daarbij betrokken was. De anekdote in de familie van Carry Tefsen, dat een voorvader in de Krijnenfamilie een gedeserteerde soldaat zou zijn en uit Duitsland kwam, wordt hier door geloofwaardig. In haar Krijnenfamilie is die anekdote ontstaan rond Carry's overgrootvader Wij- brand, ook wel Wubbere genoemd. Wubbere echter is gewoon geboren aan Den Hoorn als zoon van Jan Jacobsz Krijnen en Martje Wijbrandsd Kooijman. Bij zijn huwelijk met Aaltje Snip aan Den Hoorn werden Wijbrands documenten van de Nationale Militie netjes overlegd. Wijbrand of Wubbere was volgens de Burgerlijke Stand huisvader; zes van zijn kinderen zijn op Texel geboren en vijf in Den Hel der. Niets wijst er op dat hij langdurig in het bui tenland is geweest. De anekdote betreft dus niet Wijbrand. Ook Wubberts vader Jan Krijnen gaf geen aanknopingspunten. Met de gegevens Wijbrand, deserteur, Duitsland komt men uit bij de beide grootvaders van Wub bere. Zij passen in het plaatje en waren allebei be trokken bij de gebeurtenissen in 1798/1799. Maar beiden waren geen soldaat; en bij soldaat hoort het beladen woord desertie. Zij behoorden, zoals men hierna kan lezen, tot de Hoornder loodsen die in 1798 naar Engeland werden gebracht. Door hun vrijwillige of gedwongen medewerking bij de in name van Den Helder door Engelse vlooteenheden hadden ze in de ogen van Bataafse patriottische magistraten 'gedwongen' verraad gepleegd. Groot vader Kooijman heeft hierbij mijn voorkeur, omdat het verhaal om een Wubbere gaat, in dit geval een Wijbrand Kooijman. Verder in die doopsgezinde familie zijn geen aanknopingspunten te vinden. Beide grootvaders waren jonge en ervaren loodsen. De Duitse afkomst in de familie-anekdote is letter lijk genomen juist. Wijbrand kwam uit Duitsland, maar was er niet geboren. 'Afkomstig uit' hoeft niet te betekenen dat daar zijn wiegje stond. De anek dote houdt in dat Wijbrand Kooijman zich aan boord van het vaartuig bevond dat op 7 september 1799 vanuit Emden het Marsdiep binnen liep! Ten aanzien van het eerste gedeelte uit de anekdote lijkt het er op dat Jacob Krijnen en de andere Hoornder loodsen 'gedwongen' verraad hebben ge pleegd en als loods voor de Koning bij de vlootbe- wegingen betrokken waren in die eerste week van september 1799. Door de voorbereidingen voor de Teleac-opnamen voor de uitzending van "Verborgen Verleden" met Carry Tefsen en de vragen die daarbij op mij wer den afgevuurd, kreeg ook mijn nieuwsgierigheid een nieuwe impuls. Uit de jaren geleden verza melde gegevens moesten toch wel namen te ach terhalen zijn. Vanuit Huntingdon, in Engeland, was mij al bericht dat van de Texelse loodsen niets te vinden was. Ik zou mij tot The Public Records Office in Londen moeten wenden, tot de archieven van de Britse Admiraliteit. Door gebrek aan tijd en financiën gooide ik het over een andere boeg. Op zoek naar Hoornder loodsen en hun gezinnen Er is maar bitter weinig bekend over de op 3 april 1798 meegenomen loodsen,hun vrouwen en kin deren. Er zijn nauwelijks documenten met daarin namen van de betrokkenen. Het enige houvast zijn de notulen van de Municipaliteit van Texel van 1 en 8 mei 1798. Volgens die notulen zijn collectes gehouden voor de achtergebleven familieleden: 14 arme vrouwen en 43 kinderen. Dat vooral de vrouwen het hard te verduren hebben gehad tij dens de afwezigheid van hun echtelieden, staat als een paal boven water. Was het door de blokkade van de Hollandse kust al geen vetpot voor de lood sen, nog minder was dat het geval in 1798 en 1799 voor die vrouwen. Nergens een woord van begrip. Niets, helemaal niets over de vraag hoe ze het ge red hebben zonder kostwinner. Het register op de Pilotage Waar namen ontbreken, bieden de loodsregisters uitkomst om de betrokken loodsen en hun gezin nen uit de vergetelheid te halen. De Engelsen waren beslist kieskeurig. Het moesten ervaren, erkende loodsen zijn, zoveel is wel duidelijk. De Engelse 10 Fehrmann 11 Notulen Municipaliteit 12 december 1799. De gemeente secretaris schreef: dat alle loodsen, hetzij uit vrije wil, danwel daartoe gedwongen, de vijand schandelijk ten dien ste moesten staan. Nummer 100, september 2011 Historische Vereniging Texel 25

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2011 | | pagina 29