I, J, LBIID Pz. Big op Texel Zijn vrouw adverteert in de Texelsche Courant dat ze wasgoed verzorgt en ze reinigt ook hoeden en maakt ze weer als nieuw. Als haar man is overle den, meldt de Weduwe J. Kool via een advertentie dat ook kinderhoedjes bij haar in goede handen zijn. Cornelis Jz Kool trouwt in 1922 met Marretje Moojen. Dit huwelijk blijft kinderloos. Ze besluiten een kindje te adopteren en dat wordt Irene. Irene trouwt met in 1964 Arend Heerschap, zoon van Klaas Heerschap en Pietje Hoep. Kinderen: 1. Nicolaas Cornelis Heerschap 1965 2. Marja Petronella Heerschap 1969 Irene weet ineens meer over haar familie. Wij van het foto- en filmarchief proberen steeds te achterhalen wie er op de foto's staan of waar de fo to's zijn genomen. Dus, beste mensen, gooi niks weg! Simon Dros Schout Huijdecoper (1 732-1 769) overspeelt zijn hand We kennen allen schout Balthazar Huijdecoper. Zijn voorbereidende belastinglijsten van 1742 en 1750 worden veel gebruikt, het Huijdecoper-ar- chief in Utrecht is wel bekend. Cor Reij schrijft uitgebreid over de familie Huijdecoper in HVT nr. 45 (december 1997) en Van der Vlis besteedt in zijn standaardwerk "'t Land van Texsel" vele blad zijden aan dit prototype van de 18e eeuwse regent. Des te opmerkelijker is het dat nergens exact uit de doeken wordt gedaan hoe en onder welke omstan digheden de schout zijn biezen moest pakken. Een en ander is in het octrooi-, regelement- en resolu tieboek van Texel (GAT 2) over de bladzijden 93 tot en met 114 in geuren en kleuren uit de doeken gedaan. Recognitiegeld voor de gevangenis onder zijn huis Zoals we al bij Van der Vlis kunnen lezen, hadden schout en regenten van Texel nogal eens onenighe den met elkaar. Daar kwam nog bij dat sinds 1758 de schout niet meer op het eiland was verschenen, en zijn zaakjes liet waarnemen door zijn procu reur, de notaris Van Dam. De schepenen kenden hem ook niet meer in alle zaken, ze hadden de er varing dat Huijdecoper geen antwoord meer gaf. Op de brief van 6 november 1768 van de presi dent-schepen Cornelis Kok (de inhoud daarvan is mij niet bekend), gaat Huijdecoper niet in, maar hij snijdt een ander onderwerp aan, namelijk de gevangenis onder zijn huis. Als Balthasar Huijde coper van te voren had geweten wat dat uiteinde lijk zou opleveren, zou hij zich nog wel een keer bedacht hebben! Op 12 november 1768 schrijft Huijdecoper een brief naar Cornelis Kok met de volgende inhoud: 'f Kan U Edele niet onbekend zijn wat geweld er on der een formeelen oploop, bij gelegenheijd van zeker vonnis van schepenen in de zaak van den gedetineerde schipper A.K. aan de achterpoort van mijn huijs, en daardoor aan de gevangenis, en dus aan mijn huijs gedaan is door een groote menigte van volk, niet son- der veele onordentelijkheden. Daarom kan het U Edele ook niet vreemd voorkomen da t ik niet van me- ninge ben diergelijke geweldenaar ij en verder af te Rechts Jan Kool. De namen van de anderen zijn (nog) niet bekend. Nummer 99, juni 2011 Historische Vereniging Texel 25

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2011 | | pagina 27