Mosterdpot uit het VOC-schip ROB, vergaan in 1640. Wie heeft de laatste hap genomen? schip ROB vond. De kleine tinnen mosterdpot zag er iets beter uit en heb ik gerestaureerd. Met aardewerk en glas loopt het rampzalig af. In het zand of in de klei is het vaak nog in redelijke staat. Echter, tussen de rollende, losgeraakte scheepsdelen en, niet te vergeten door het ijs, wordt het gekraakt en vergruisd. Enige jaren terug, tijdens een strenge winter, werd ten oosten van Oudeschild een voor onze omgeving grote ijsberg waargenomen. De geschatte hoogte was circa vijf meter. De ijsberg bewoog zich met eb en vloed heen en weer, langs de bank het Burgzand. Precies de plaats waar veel scheepswrakken na zoveel jaren, door ontzanding boven de zeebodem komen. Rampzalig voor de restanten van ons maritieme erfgoed! En er is nog iets, het zware water: Het zware water wordt veroorzaakt door de vaak sterke stroom op de zeebodem en door de grondzeeën: golven die tot de zeebodem reiken en waardoor het bodemzand met water vermengd wordt. Het soortelijk gewicht van water is 1, van zeewater 1,025. Maar wanneer het water met zand wordt vermengd, soms is dat in de welling bij wrakken zelfs aan het zeeoppervlak te zien, dan wordt het soortelijk gewicht mogelijk zelfs verhoogd tot rond 1,5. Het gevolg hiervan is dat los scheepshout, aardewerk, touwwerk en andere lichte zaken aan de drijf gaan. Laatst kwam ik nog weer eens op een ijswrak. Honderden jaren terug door het ijs gekraakt en onder het zand gespoeld. Nu in een ontzanding weer boven de bodem gekomen. Veel aardewerk en glasscherven door elkaar in de slijpgeul. Maar, met verbazing vond ik, na een storm, alleen nog glasscherven. Het zware water had blijkbaar een selectie toegepast: het aardewerk was weggedreven; het glas was iets zwaarder en lag er nog. Op de Razende Bol (de naam zegt het al, door grondzeeën veel zwaar water) vind ik regelmatig zware eiken wrakconstructies en zelfs stenen. Rond de Razende Bol zijn hoegenaamd geen houten wrakken te vinden, terwijl er heel veel zijn vergaan. Tenslotte Er liggen nog enkele uiterst interessante scheepswrakken uit ons rijke maritieme verleden in de Rede van Texel. Daar moet eens wat mee gebeuren. Om de lijfspreuk van onze bekende Texelse jutter Cor Ellen te citeren: WAT DEER LEIT DAT HOORT DEER NIET! Hans Eelman I 1

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2006 | | pagina 13