betreuren, maar de schade aan de
vloot was enorm. En het dijkje had het
met aller inspanning maar nauwelijks
gehouden.
De hier door Van der Vis beschreven
bij na-dijkbreuk vond dus plaats op
(nagenoeg) dezelfde plaats, waar in het
jaar 1775 de dijk werd overspoeld. Van
die gebeurtenis is indertijd een verslag
gemaakt door J.H. Hering en dit is in
november 1974 nog eens uitgegeven
door Het Open Boek te Den Burg.
Ook werd van die dijkbreuk een ets
gemaakt, met als ondertiteling: Gezicht
van een dijkbreuk, aan den Douk, op
Texel; in de overstrooming, den 15den
novemb. 1775.
Het zal duidelijk zijn dat 'Den Douk'een
vroegere benaming is voor 'de Dauwik',
destijds het huis van de familie Jan
van der Vis Wzn. En, al vond die
dijkbreuk dan ook 88 jaar eerder
plaats den in 1863, de ets geeft een
beeld dat zeker niet veel zal afwijken
van wat de bevolking van Oost in 1863
heeft gezien.
Jaren later, zo van ca. 1935 tot
1945, heeft een telg uit het geslacht
Van der Vis zich met vriendjes
gedurende sneeuwwinters met zijn
sleetje uitstekend vermaakt op dat
gedenkwaardige stukje wierdijk. Dat
was op die plaats heel steil, zodat je
daar snel naar omlaag kon roetsjen:
'sleetje beneer diek'! Die telg was
ondergetekende
Freek Steigstra
Wormer
Herman Steigstra
bakenzetter op het wad
In de uitgave nummer 66 van maart
2003 troffen wij een prachtig artikel
aan over visserman Jan Brouwer.
Jan, die zijn leven lang op Oost heeft
gewoond, was mijn buurtgenoot en ik
heb hem dus heel goed gekend. Bij het
artikel van Siem Hemelrijk was ook
een kaartje afgedrukt van de westelijke
Waddenzee, zoals de Rijkswaterstaat
die uitbrengt.
Een mooie, zeer gedetailleerde kaart,
zoals die in de tijd dat Jan Brouwer nog
volop viste, ook al werd uitgebracht.
Maar er waren maar weinig vissers,
die zo'n kaart aan boord hadden in
de kleine vooronders van hun blazers,
lemsteraakjes of botters.
De meeste waddenvissers kenden het
gebied goed en hadden eigenlijk geen
kaart nodig. Maar het waren natuurlijk
niet alleen Texelse waddenvissers, die
daar regelmatig kwamen.
Ook vissers en schippers van elders
zoals mosselaars, kokkelaars,
schelpenvissers, garnalenvissers enz.
kwamen daar langs de smalle ondiepe
vaarwaters en er was nog wat transport
naar de Cocksdorp voor dijkonderhoud
enz. En vooral voor die schippers die
maar af en toe eens over dat wad hun
weg moesten zien te vinden, was zo'n
kaart wel gemakkelijk.
Maar ja, wat heb je in feite als
onbekende aan zo'n kaart als er geen
'wegwijzers' op staan. Wegwijzers in de
vorm van tonnen of bakens langs die
vaarwaters.
Want tonnen en bakens waren er
natuurlijk veel, maar op de officiële
kaarten kwamen ze in die tijd niet voor.
En dat is heden ten dage blijkbaar
nog steeds zo, blijkens het bewuste
kaartje. Ook daarop staat nergens een
baken afgebeeld waar je op het wad
links of rechts (nou ja, bakboord of
stuurboord!) langs moet varen om met
je schip niet aan de
12