blijfsvergunning. Dus vertrokken we per trein, na een interessante dag in New York te hebben doorgebracht, naar Canada. Via Hamilton naar London, waar familie en vrienden van de Alkema's ons ophaalden en ons snel thuis deden voelen. St. Mary's was weinig veranderd in de twintig jaren die waren verstre ken. Heel weinig nieuwbouw en de bekende plaatsen kwamen weer gauw in de herinnering. Er was weinig werk en we besloten om naar Sarnia te gaan om te zien of we daar aan de slag konden gaan. Met advies van ds. McClung, de dominee van St. Mary's raakte Jan spoedig aan de slag. We vonden een kamer met fornuis; we kregen wat meubilair en een bed en ziedaar: het huishouden was begon nen. De eerste baan was als assistent op de gordijnafdeling van een winkel bedrijf in Sarnia. Na drie maanden kwam een baan als reclamechef vrij en met wat overwerk waren we al gauw op streek. We verhuisden naar een 3- kamerflat, maar woonden in een vrij bovenhuis toen onze dochter werd geboren. Het was een spannende tijd. Een volkomen nieuw leven voor Elscke, maar voor John een voortzet ting van het Canadese leven met een hiaat van twintig jaar. Het werk was plezierig en leverde steeds de mogelijk heid om een betere behuizing te betrekken. We verhuisden zó vaak, dat Elsckes moeder na de vijfde adresver andering vroeg, of wij de deurwaarder op de hielen hadden! Het was nood zaak, omdat het gezin steeds groter werd. In 1954 werden we verblijd met de geboorte van een zoon. Niet alleen de behuizing veranderde, maar ook grepen we de gelegenheid aan om van onze woning een gezellig 'thuis' te maken. Door een nieuwe baan bij een verzekeringsmaatschappij moesten we naar Grimsby verhuizen. Drie kwartier rijden van de Niagara Falls, in een mooie fruit- en bloemenstreek. Daar ervoeren we de eerste grote pijn van de grote afstand toen Elsckes vader over leed. Het werk was niet bevredigend en na een ervaring met politiek wan gedrag tussen de bedrijfsleiders van de Hollandse emigratiebedrijven werd het tijd om verder te kijken. Dit werd vergemakkelijkt omdat we na acht jaar goed aangepast waren aan het leven in Canada. Dat was in grote mate te danken aan onze banden met de kerk. Al gauw waren we daar inge burgerd als leiders van de zondags school, als diaken, koorlid en lid van het bestuur etc. Daarna viel de keus op een pro vinciale Coöperatieve Groothandel, die de achtergrond in de detailhandel en reclame waardeerde en twintig jaar lang ons leven beïnvloedde. Ook hier was het nodig te verhuizen. Nu naar Peterborough, Kingston en uiteindelijk naar Londen, waar we sedert 1972 wonen. De kinderen groeiden voor spoedig op, waren goede studenten en haalden hun Baccalaureaat in Londen en Guelph, trouwden en verrijkten ons leven met vier kleinkinderen. Hier speelt afstand een rol: onze dochter woont in Oakville (1,5 uur met de auto) en onze schoondochter in Elmvale (3 uur). Het leven was goed en alles verliep voorspoedig. Maar we zijn niet verschoond gebleven van tegen slagen. Eerst ging de Coöperatieve Groothandel failliet. Dat was voorzien en een verandering naar een plaatse lijke coöperatie leek een oplossing, maar ook die ging ten onder. Toen samen aan het werk in een schoenen zaak (onder licentie). Hiermee haalden we ons pensioen in januari 1991. We konden terugzien op een leven van grote veranderingen en prachtige ervaringen. Een zo'n erva ring was om in 1959/ 1960 de families in Holland met onze kinderen kennis te laten maken. Kamperen in Canada en de V. S.. De kinderen als tieners zelfstandig wekenlang bij familie in Nederland. Ons huis in Peterborough 15

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2003 | | pagina 17