Polder Eendragt op Texel
de polder meer in mocht. Ze was gebelgd dat haar
raad was genegeerd. Ze was in die korte tijd
gegroeid in haar rol als 'onbezoldigd coördinator'
op het kantoor van Eijerland. Ze heeft me later dat
verhaal vaak verteld en was er stellig van overtuigd
dat dit ongeluk nooit had hoeven gebeuren Er waren
in de stormnacht schepen gestrand en de reddings
boot van De Cocksdorp, de Joan Hodson, was uren
lang in touw geweest. De Zweedse vrachtboot Virgo
zat bovenop de Vliehors. Van De Cocksdorp uit is
de Virgo maandenlang goed zichtbaar geweest. Op
de Eijerlandse gronden was de Duitse tanker Oder
gestrand.
In de dagen en weken na de ramp was het zeer span
nend voor een jongen van 12. Er kwam een regi
ment militairen uit Assen, die vertoefden in de
Robbenjager en hielpen het gat in de Eendrachtdijk
te dichten. Er was een ploeg van de Heidemij ook
bezig met de herstelwerkzaamheden. De polder
Eijerland had zo'n 25 extra mensen in dienst geno
men. Bovendien stonden de kranten vol nieuws over
de ramp en niet te vergeten de radio. Ongekend dat
er met een ramp in Nederland zoveel mensen om
zijn gekomen. Het duurde maanden voordat het
weer 'normaal' werd in De Cocksdorp, maar de
gebeurtenissen blijven je bezighouden ook nu na 50
jaar nog.
Noten:
'Louis van Hoorn (1940, De Cocksdorp) zoon van
Adriaan (Adri) Louisz van Hoorn (1914 De
Cocksdorp-1999 Den Burg) en Engeltje Aries
Koopman (1918 Oosterend-2000 Den Burg).
Gehuwd met An G.A.T. Goossens (1938
Eindhoven).
-Engeltje Koopman (1918 Oosterend-2000 Den
Burg) dochter van Arie Jansz Koopman (1887 PH-
polder-1968 Den Burg) en Trijntje Reijnders van
der Vis (1890 Oosterend-1923 Oosterend)
3Adriaan (Adri) van Hoorn, zoon van Louis
Adriaansz van Hoorn (1886 Krabbedijke Zeeland-
1982 Den Burg) en Neeltje Jobs Kikkert (1890 De
Cocksdorp-1964 Den Burg). Adri van Hoorn was
opzichter, secretaris en penningmeester van de pol
der Eijerland.
4De uitmonding van het gemaal en het haventje
werden in die tijd nog algemeen 'de Sluus'
genoemd, wat nog dateert uit de tijd dat het overtol
lige binnenwater van Eijerland via een zeesluis
werd gespuid. In het begin van de vorige eeuw is de
zeesluis vervangen door een elektrisch gemaal.
5Wieringer aken.
6Louis Adriaansz van Hoorn sr (1886 Krabbedijke-
1982 Den Burg).
Rapport
Betreffende het verloop van de stormvloed
van 31 januari en 1 februari 1953
Texel, februari 1953 De opzichter van de polder
Eendract op Texel
L. van Hoorn'
Toen ik, ondergetekende, in de vooravond van 31
januari omstreeks te 18 uur, op de zeedijk bij De
Cocksdorp kwam om eens hoogte en breedte te
nemen, bleek dat de slikken, die op een hoogte lig
gen van ongeveer NAP, nog gedeeltelijk droog
lagen. Hieruit maakte ik op, dat, niettegenstaande
het stormde, het met de hoogwaterstand nog wel
zou kunnen meevallen.
Toen ik te 19 uur weer op de dijk kwam, bleek mij,
dat in die tijd het water ruim één meter was opgelo
pen. Dit was voor mij het sein om de dijkwacht op te
roepen. Ik belde eerst dhr. Rutten2 en verzocht hem
al het beschikbare personeel, bestaande uit 4 man,
later is daar nog één man aan toegevoegd, naar de
zeedijk te laten gaan, gewapend elk met een pak zak
ken en een schop en de nodige lantaarns voor ver
lichting. Een zelfde verzoek deed ik aan dhr. van
Strien3 van Zeeburg, die ook terstond bereid was met
zijn personeel naar de zeedijk te gaan. Deze ploeg
was 4 man sterk. Ook deze waren voorzien van zak
ken en de nodige schoppen en lantaarns. Van de
Cocksdorp uit had ik reeds 4 man aangenomen, w.o.
de machinist Jn. Boon Czn4. Deze ploeg kon over
materiaal beschikken dat is opgeslagen in het dijk-
magazijn.5 Omstreeks te 20 uur waren de dijkwach-
ten op hun posten. Deze waren door mij als volgt ver
deeld: Post Irenehoeve, van dijkpaal 0 tot ongeveer
dijkpaal 186; Post Zeeburg, van laatstgenoemd punt
tot ongeveer dijkpaal 30; Post De Cocksdorp, van
laatstgenoemd punt tot op aansluiting van de
Eijerlandse Zeedijk. De lichten die ik op de dijk gere
geld kon waarnemen, waren voor mij het bewijs, dat
de dijk-wachten op hun posten waren. De wind nam
echter steeds in kracht toe en het water bleef maar
stijgen. Op enkele gedeelten sloegen de golven over
de dijk. Dit was omstreeks te 21.30 uur. Daar het
water nog ruim een uur kon wassen, het kon onge
veer te 22.30 uur hoog water zijn, heb ik dhr. Swama7
van de toestand op de hoogte gesteld.
Toen ik omstreeks te 23 uur op Zeeburg kwam, was
ook dhr. Swama daar aangekomen. Wij zijn toen
samen langs de zeedijk gelopen in de richting schei
dingslijn Zeeburg-Irenehoeve. Op onze reis daarheen
ontmoetten wij bij dijkpaal 21 de beide ploegen, n.1.
van Irenehoeve en van Zeeburg. Deze waren aldaar
gezamenlijk bezig een kleine beschadiging boven de
klinkerglooiing van zakken zand te voorzien. Op één
van mijn vragen deelde één van de zoons van Rutten
7
