betaald zijn door de kamer Enkhuijzen; den medicijnkist - spek: 23 loopvarkens, 3 zeu gen, 2 beeren, 18 schapen - compaswerk - 30 vierendeel grasboter - stroop, rosijnen, safraan, uijen, wortelen - hout divers - touw werk - izer en izerwerk voor de botteliers cor- peraals kisten - koperwerk voor de koks - kaas voor de consumptie - 500 Fransche Pruijmen - brandspuijten - 12 oxhoofden witte Bergeacque wijn, 3 oxh, inlandse wijn, Spaansche wijn en Genever - Tarwe Grutte meel, beschuit, gerst en mosterdzaad. Ondertussen kwamen de onderkoopman P.C.W. Mossel en de Capiteijn Luijtenant Cornelis Roos aan boord. De wind was nu westelijk met koelten. Op 7 januari kwam er een lichter met 4 kisten geld van de kamer Enkhuijzen. De kisten geld werden als volgt verdeeld: Simon kreeg 200 realen scheeps- geld voor inkoop van verversingen. Simon en de Capt. Luijtenant krijgen samen de verant woordelijkheid over 32,5 zakken dubbele stuijvers 300 gulden iedere zak en 640 zak ken duijten 10 gulden. Dit is bestemd voor Batavia. Aan de Capt. Luijtenant wordt tevens nog een kist met halve enkele en drie gul dens en dubbele stuivers gegeven ter waarde van bijna 45.000 gulden. Dit geld is bestemd voor de Kaap. Woensdag 10 januari: ZZO drijvende lugt met vorst. Een ligter met een koksmaat, 24 ma- troosen 15 soldaten door de Heeren Be windhebberen aangenomen. Namen de kis ten cooijen van dezelve over. Een dag later kwam de Heer Equipagemees ter aan boord om te monsteren. Het volk werd bij elkaar geroepen. De Heer Equipage meester las de artikelbrief (reglement van dienst en tucht aan boord) voor en vertelde het volk, dat ze schipper Simon Vaartjes moeten erkennen als eerste gezagvoerder en dat bij overlijden van de gemelde schipper, Anne Lucas de gezagvoerder zal worden. Dat de onderlinge verhouding tussen de schipper en de Capiteijn Luijtenant niet optimaal was bleek wel uit het volgende: 'Na de voorstelling aan dek wierden wij officieren binnen in de cajuit geroepen, en wierd de artikelbrief an dermaal voorgelezen. Hierop vroeg de schip per aan de heer C. Roos, capiteijn luijtenant, of dezelve nu onder commando van zijn Vrijdag 12 januari vertrokken ze met een ZO wind met koelte en dijsige lucht. Ligten ons daags anker en quamen ten 11 uuren geluk kig onder zeijl - salueerde de rheede met 9 canon schooten. Het schip de 'Goede Inten tie' met schipper P. Cornelisz vertrok ook. Om 1 uur peilden ze Camperduin ZZO. In de achtermiddag konden ze geen land meer zien. Simon Vaartjes verdeelde de wachten, maar sloot de Capiteijn Luijtenant buiten! Zondag 14 januari peilden ze met het lood 23, 24 en 25 vadem met fijn grauw zand met zwarte en gele stipjes en schelpen. Ze ver kenden het Noord&Zuid Voorland (North and South Foreland). Een dag later peilden ze het vuur van de Singels (inham bij het plaatsje Rye aan de Engelse zuidkust). Bijna alle da gen maakten ze 'schoon schip tussendeks, rookten jeneverbessen en sprengelden azijn'. Als het weer het toeliet, werden ook de cooi jen gelucht. Donderdag 15 februari peilden ze Tenerife met de pico. Er werd peper en mos terdzaad uitgedeeld aan het volk. Tevens kregen ze een halve maand rantsoen, brood en bier. Woensdag 21 februari peilden ze Isla da Sal (Kaapverdische eilanden). Na beraad van de scheepsraad met de opperchirurgijn, werd besloten het eiland St. Jago aan te doen. Vol gens de chirurgijn was het zeer nodig dat het volk verversing kreeg. 'Dewijl door 't lang ee- ten der oude zouten victualie deselve in dien men verder en in nog warmer climaat quaam - aan allerhande ziekten waren onder worpen door bederving der vogten. Vrijdag 23 februari kwamen ze om 1 uur op de rede van Porto voor anker. Ze salueerden met 9 kanonsschoten en werden met gelijke schoten door het fort bedankt. Na alle plicht plegingen met de gouverneur, konden verver singen aan boord worden gebracht. 'Zonden den Barcas Chaloup om water, kogten een koebeest een eenige groentens en geeven 1 zelve tot verversingen aan 't volk.'De volgen- 9 stuurman wilde staan. Maar de capit. refu seerde en zeggende sulks niet te willen doen, dewijl weledele uljt't voorgelezen niet hadt verstaan dat Heeren Bewindhebberen zulken eijschten of accordeneeren'. Daarop zei Simon tegen de capiteijn: 'Na dan begeer ik de geheele reijs geen dienst van U, maar dan kunt gij vrij U pijp rooken'.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2002 | | pagina 11