14
Hierdoor heeft een gehele afgraving en ver
wijdering van de restanten plaatsgevonden
onder leiding van het Provinciale team. Hier
bij werd gebruik gemaakt van een kleine
graafmachine. De gehele afgraving is sche
matisch weergegeven in een rapport, waar
uit ook de gegevens van dit artikel voor een
deel op berusten.
Op een diepte van 17 cm -NAP kwamen
twee kuilen in beeld met een ronde vorm. In
de aarde rondom deze kuilen werd enig pre
historisch aardewerk gevonden, dat men
dateert als ijzertijd/inheems romeins (300 v.
Chr. tot 300 na Chr.) Eveneens ontdekte
men verscheidene lagen grond met tekens
van humeuze beworteling die duiden op een
mogelijke bedding van een kreek water
loop). Opvallend bij de afgraving van de
poterne is het gebruik van rode steen. Een
nieuwere fase (waarschijnlijk is de muur
geheel opnieuw opgetrokken) is uitgevoerd
in gele steen. Een speciale 'sluis' die werd
aangebracht om te voorkomen dat men van
buiten rechtstreeks op het terreplein (bin
nenplein) kon schieten, geeft zijn specifieke
vorm aan deze poort (afb. Prov. depot voor
Bodemvondsten NH):
Uit de werkzaamheden bij de poort blijkt dat
de bouw met gele steen niet precies de eer
dere bouw met rode steen afdekt. Waar het
nodig was, heeft men die gedeelten met
palen ondersteunt.
Uit de insteek van deze muur kwamen
vondsten die men dateerde op eind 17e -
begin 18e eeuw. Een terracotta hoofdje
was hier de meest opvallende vondst.
(Terracotta kopje. Foto MJM/B. Koning)
Afwateringskanaal
Onder de oostmuur van de poterne loopt
vanuit ca. 20 meter op het terreplein tot
aan de gracht aan de buitenkant van de
poterne een afwatering. De muur en afwa
tering moeten wel in één keer opgetrokken
zijn. Aan de voorkant (noordkant) van de
poterne (als men het terrein opkomt links)
bestaat de afwatering uit twee schuin tegen
elkaar geplaatste stenen.
Aan de andere kant (binnenplein) wordt
deze afwatering overkapt met gele stenen.
Deze zijn vermoedelijk in een later stadium
over de afwatering gebouwd.
Deze afwatering begint op het plein in een
zinkput. In de vulling van deze put werden
aardewerkresten gevonden uit het einde
van de 18e eeuw tot het begin van de 20e
eeuw. Dit duidt op langdurig gebruik van
deze afwatering. Ook was er vermoedelijk
een afwatering vanaf de kruitkamer. Een
aftakking in die richting wijst hierop.