HOEVE SCHILLER
1942-1943
15
verbrand. Op de schoolbuurt was alles licht tot
zwaar beschadigd. "s-Hertogenbosch' gedeeltelijk
verbrand. 'Gent' een schuur en de boerderij van
Van Exel geheel verbrand.
Dinsdag zijn we naar Den Burg en Oudeschild
geweest om de Tommies te zien komen. Overal
stonden vlaggen. De hele Burg was versierd, maar
de Tommies kwamen niet. Donderdag weer ge
weest, nog niet, maar maandag ging het gebeuren.
Wel 700 man zou er komen. Het versieren werd
steeds erger, steeds meer erepoorten, half Texel
liep leeg. Het was overal aangeplakt dat ze zouden
komen en toen kwamen er drie. Dat was wel een
teleurstelling.
De Russen beginnen nu ook overal voor de dag te
komen, maar helemaal vrij lopen kunnen ze nog
niet. Nog is de Duitser de baas. Veel komen er de
duinen uit en wonen nu in schuren en soms ook in
een huis. Ze lopen vrijwel allemaal in burger.
Over het algemeen is het best volk, er zitten er
echter ook enkele tussen waar niks van deugt. Eten
vragen ze niet bij ons, wel tabak. Voor een paar
keer een handje vol tabak met vloei kreeg Griet
25,-. Tabak is vrijwel niet te koop, maar dat was
toch wel een beetje te veel.
21 Mei 1945
Tweede Pinksterdag. Vanmorgen zijn er veel
Russen langs gegaan. Die moesten naar hotel
"Californië'. Zaterdag zijn de laatste Duitsers uit
Eierland, vliegveld en Noordbatterij vertrokken
naar 'Texla'. Die zijn intussen wel van Texel af.
Vrijdag zijn de Canadezen eindelijk gekomen. De
één zegt van honderd, de ander van tweehonderd.
In ieder geval is het nu rustig en hoeven we 's
nachts niet meer bang te zijn dat er Russen aan
kloppen om eten te vragen.
Dit is geen dagboek, maar het zijn aante
keningen, gemaakt door Marijke Palm, op
basis van gesprekken met Arie Bakker die
in de oorlogstijd op hoeve Schiller woonde.
De boerderij stond aan de kant van de weg
waar nu de schuren staan en tegenover de
huidige woonhuizen (Spangerweg nr. 21 en
23).
Najaar 1942:
We zaten 's avonds in de keuken. D"r was weinig
brandstof en de keuken was nogal klein, dus daar
hield je het dan warm. We waren altijd bang voor
de vliegtuigen, want we zaten net op de route van
de Engelsen naar Duitsland en als ze dan aankwa
men, kwamen de Duitse nachtjagers, van Leeuwar
den af, ze tegemoet. En dan begonnen ze soms
hier pal boven te vechten. We hoorden een afschu
welijk fluitend geluid, het leek maar door te gaan
en toen een enorme klap, alle ruiten dr uit. In de
keuken hadden we een plaat board voor het raam,
vanwege de verduistering en dat heeft ons een
hoop ellende bespaard. In de kamer stond tegen
over het zijraam een kabinet met een kuif. In die
kuif stonden de glassplinters er diep ingeschoten.
Als iemand tussen het raam en de kast had ge
staan, was die doorzeefd geworden met dat vlijm
scherpe spul. Het was een bom die zon 150 m.
verder een krater had gemaakt, daar kon je woon
kamer in. D'r lagen stukken grond op de kant die
je amper met 2 man kon tillen.
(Foto: Najaar 1942, de bomkrater)