Het vergaan van de TX 122 op 6 oktober 1904 „Dat herinner ik me nog as de dag van guster": oud visserman Piet Eelman op 19 maart 1982. Piet Eelman en z'n vrouw Cor- nelia Eelman-Riemens zochten we op in hun bejaardenwoning in het Jan Dirksoord te Den Burg. In 1957 streken zij als één van de éérste bewoners van het zo juist gerealiseerde bejaardenplan hier neer. Ondanks de respecta bele leeftijd van beiden (93 en 86 jaar) wonen ze hier nog ge heel zelfstandig. Piet met de vertrouwde pruim achter de kiezen en z'n vrouw Cornelia in de startblokken om je wat te eten of te drinken aan te bie den. Steevast bood Piet me bij ieder bezoek met glimmende pretoogies een pruimpie aan: „Nou nee, dank u". Verhalen over „de goede ouwe tijd" waren er genoeg, maar er was één onderwerp in de visse rij dat steeds weer ter sprake kwam: het vergaan van de TX 122. Voor derde mannetje mee Piet Eelman werd op 10 sep tember 1889 te Vierhuizen op Oost geboren als één van de 8 kinderen van Hein Eelman en Grietje Slik. Vader Hein was visser van beroep, dus voor de jongens in het gezin had het water een grote aantrekkings kracht. Piet: „M'n ouders wil den dat ik huisschilder werd, maar ik wilde varen". Eerst werd de Christelijke school te Oosterend van meester Jansma bezocht. Na de 6e klas had Piet het aan de wal wel bekeken. Piet: „Ik ben van school af voor derde mannetje meegegaan, al die kwajongens die van school af kwamen, gingen varen, een beetje koken, bonen of erwten of we bakte pannekoeken of maakte stijve boekweid. En na tuurlijk netten boeten, ik had ƒ1,50 vast geld per week, dat was de gewoonte toen, alles voer". En zo werd „Piet van Hein" Noordzeevisser op de TX 122 bij schipper Klaas Mossel en zijn broer Toon Eelman. Ie Oud vissersman Piet Eelman. dere maandagmorgen zag je in alle vroegte de visserlui uit Oost en Oosterend met de bullen op de rug lopend over de dijk naar de haven van Oudeschild gaan om niet eerder dan zaterdag middag terug te keren. Het leven van een visserman begin 1900 Hoe moeten we ons het leven van een visserman aan het be gin van deze eeuw voorstellen? Begin 1900 heeft de gemeente Texel 108 blazers met 278 be manningsleden en 3 botters met 6 bemanningsleden. De hoogste jaarbesomming per vaartuig be droeg 2200 a 2300 gulden, de laagste was 600 gulden. Nov. 1907 ontving de burge meester van Texel, mr. W. F. 6 Hiddingh, een enquêteformulier „omtrent den toestand der zee- visschers". Hier een samenvat ting van de antwoorden welke retour gingen naar de Tweede Kamer der Staten Generaal. Regeling der lonen: Sommigen varen voor een derde gedeelte der vangst, anderen voor een vast weekloon van ƒ7— a ƒ8— 15/16-jarigen voor een ƒ3;— a ƒ4— per week en 13/14-jarigen voor Ir- a ƒ1,50. Allen bene vens vrije kost aan boord. De voeding bestaat hoofdzake lijk uit grutterswaren en brood en des zomers bovendien uit aardappelen en groente met of zonder spek. Over het algemeen kunnen de Texelsche visschers niet zwemmen, sommigen gebrekkig.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 1987 | | pagina 8