ren ook duidelijk in het silhouet
van West-Vlielandt te zien. De toren
raakte aan het eind van de 17e
eeuw danig in verval, als gevolg
waarvan in 1694 werd besloten het
bovenste deel van toren te slopen.
West-Vlielandt telde ook vele lood
sen. In 1676 was een sanering van
het loodswezen noodzakelijk; niette
min werden er toen in West-
Vlielandt nog 32 officieel
aangesteld.
De kerk gewijd aan St. Wille-
brord dateert al ver voor 1395. In
Vlieland-Oost was slechts een kapel
aanwezig. De kerk had geen toren.
In een stormnacht van 26 febr. 1714
strandde nabij het dorp een schip,
dat de stuifdijk vernielde. De kerk
werd toen door de zware storm ver
woest, nadat het zeewater het dorp
binnen gedrongen was en ook meer
dere huizen en de molen (die er in
1647 door een Texelaar was ge
bouwd] verwoestte. Na 1714 werd
een nieuwe kerk gebouwd en de
schade aan de huizen hersteld. In
1722 werd het dorp echter opnieuw
door een stormvloed geteisterd, ter
wijl de nieuwe kerk in 1727 op
nieuw instortte, waarna nog een
aantal jaren in een huis werd ge
kerkt. De kerk was ingedeeld in de
classis Enkhuizen en had in het
midden van de 16e eeuw zelfs ei
gendommen op Texel. De laatste
predikant Ds. Gerardus Petten
vertrok in 1719 naar Huisduinen: de
kerkelijke gemeente West-Vlielandt
werd in 1736 opgeheven.
Het spinhuis was eigendom van de
kerk, maar werd al in 1711 ver
kocht. Het armhuis was een combi
natie van wees; arm- en oudelieden-
huis. Het werd in 1729 opgeheven,
waarna de resterende 9 armen (4
personen van omstreeks 80 jaar, 2
weezen en 3 personen in de kracht
van hun leven) aan Oost-Vlieland
werden overgedragen.
De Staten van Holland wilden het
eiland tussen 1719 en 1723 „secu-
reeren". De Oudelandsdijk werd
verzwaard en de putten voor de
Oosterdijk werden gedempt, terwijl
ook helm- en strobeplanting ter
hand werd genomen. Bijgevoegde
kaart (overgenomen uit Spiegel
Historiael) toont West-Vlielandt na
uitvoering van de werken in 1722.
Aan de westkant ziet men de nieu
we kerk, het raadhuis en de zgn.
vleugel-Bol; ook is de ligging van de
Oudelandts Dijk zichtbaar, terwijl
opvalt dat van een Hors nog in het
geheel geen sprake is. De met het
werk verband houdende kosten
(ƒ50.000—) werden o.m. door
Amsterdam, Alkmaar, Haarlem en
Monnickendam voorgeschoten.
Het mocht niet baten. De ondergang
van het dorp was niet te stuiten; in
1729 werd besloten tot opheffing
van de politie in West-Vlielandt en
werd het dorp in feite bij Oost-
Vlielandt ingedeeld. In 1736 staan
er nog slechts 2 huizen.
Veel afbraakmateriaal werd er weg
gehaald, waarbij ook de Texelaars
zich niet onbetuigd hebben gelaten.
Vermeld wordt dat de Jeneverbuurt
in Oudeschild in feite uit afbraak
materiaal van West-Vlielandt zou
zijn opgebouwd. Ook werd puin ge
bruikt voor de versterking van de
Texelse zeedijken rond de haven van
Oudeschild. Hiertoe behoorde o.m.
een plat stuk hardsteen, waarop een
gebeeldhouwde kop met guirlandes
zichtbaar was, met daaronder het
jaartal 1565. Volgens een artikel van
Van der Vlis in de Texelse Courant
d.d. 8 okt. 1971 zouden deze stenen
ook van West-Vlielandt afkomstig
zijn. Bij de dijkverhoging werden de
stenen door het Waterschap Texel
aan Vlieland afgestaan, hetgeen hier
wel op weerstand is gestuit, sinds er
ernstige twijfel aan bestaat of de
stenen wel van West-Vlielandt af
komstig zijn.
Maar zelfs als dit juist zou zijn zou
het nog zeer wel te verdedigen ge
weest zijn de stenen op Texel te
houden, omdat een belangrijk deel
van de West-Vlielanders (waaronder
veel loodsen) zich op Texel vestigde
voornamelijk in Oudeschild, Ooster
end en Oost.
G. A. Oskam
uit een artikel van R. C. Hekker
in de Speelwagen va 1951 (pag.
210/211) getiteld: Nieuwe bouwstof
fen voor de geschiedenis van de
Noordhollandse boerderij.
Verklaaringe van de bovenstaan
de kaart.
ABCD de Verlengde verhoogde en
verswaarde Oudelandtsen dijk ge
maakt. Ao 1720 hoog 12 a 13 voet
boven het laagste staal en breet op
den bodem zeven en op den kruyn
een roe, dosserende aan de westzij
twee en ook drie voet op de Roe en
aan de oostzij zes voet per Roe.
CEF de verlenginge van de gemelde
oudenlandtsen dijk, gedaan Ao 1723.
GHI de verlengde, verhoogde en
verswaarde oosterdijk, gemaakt Ao
1722 hoog boven het Laage Staal 16
voet en breet op den bodem vijf en
twintig en op de kruijn een roe,
dosserende aan de Westzij op de
Roe éém voet en aan de oostzij op
ider Roe waterpas twee V
ALMN de kade, zijnde vijf voet cir
ca hoog, boven ordinaar vol zee.
N 3 de diepten van het zeegat ge-
peylt met Amsterdamse maat, om
dat de pijling in het jaar 1717 ook
also was gedaan en bevonden het
gemelde zeegat zedert vijf en negen
tig roe en drie voet is wijder gewor
den en daarentegens een en een
half voet ondieper.
13