iwï
I
Dit is een opmerkelijk hoog aantal’
21
In het midden van de
polder. De nieuwe
lagere school in
Waarland.
De weg telde
drie beweegbare
bruggen.
De eerste lag
tussen de Zutweg
en de huidige
Ringvaartweg.
Ongeveer 150 leerlingen
Het pleidooi van Plaatsman sloeg aan en
tijdens een bestuursvergadering van de
Waarlandspolder werd besloten om het
plan voor een verharde weg voor te leg
gen aan B en W van Harenkarspel.
Het plan viel bij hen in goede aarde en
het gemeentebestuur stelde ƒ1.000,- be
schikbaar. Ook met de vertegenwoordi
gers van de Banne Harenkarspel werd
gesproken. Zij waren terughoudend en
thousiast, want de nieuwe weg zou een
fikse aanslag betekenen op hun financiën.
In een missieve aan de Gedeputeerde Sta
ten van Noord-Holland schreven Dirk
Plaatsman, poldervoorzitter Arie Kroon
en nog zeven ingelanden: C. Kroon Azn.,
Jb. Blom, G. Kuiper, P. Nieuwboer, T. de
Jong, K. Kooij en P. Kooij over de slechte
bereikbaarheid van de school.
De noodzaak voor de aanleg van de nieu
we weg werd mogelijk aangescherpt door
het leerlingenaantal op te voeren tot on
geveer 150. Dit is een opmerkelijk hoog
aantal. Heeft Plaatsman gesjoemeld of is
er bij het overschrijven van deze brief
door de secretaris een fout gemaakt?
Want op de leerlingenlijst van de school
van Plaatsman uit 1881 staan 105 leer
lingen en een jaar later zelfs 10 minder.
Waarland, 20 mei 1880.
De polder Waarland heeft eene opper
vlakte van ruim 350 Hectaren en is daar
bij digt bevolkt, zoodat de aldaar geves
tigde openbare school bijna 150 leer
lingen telt. Niettegenstaande dit alles is
genoemde polder geheel verstoken van
een openbare rijweg, zoodat de inge
landen daartoe elkanders landerijen
moeten gebruiken. Dat dit alles aanlei
ding geeft tot vele moeijelijkheden be
hoeft geen betoog, vooral nu sommige
hunne landerijen afiluiten en daardoor
elke uitweg onmogelijk maken. Als men
daarbij nu in aanmerking neemt dat de
ingelanden van de polder Waarland jaar
lijks ƒ700,- bijdragen in de lasten der
banne Haringcarspel en daarvan in geen
enkel opzicht eenig voordeel genieten.
Wij hebben dan het volle recht om bij de
banne verbetering van de onhoudbare
toestand te eischen.
Ook deze laatste zin is misschien door
Plaatsman aangedikt om zo het belang
van een verharde weg aan te tonen.
Verder lezen
we: Uit de deli-
beraten (bespre
kingen) hierom
trent blijkt dat
men algemeen
overtuigd is
van de noodza
kelijkheid van
een rijweg int
Waarland en
men in beginsel
toegedaan is
dat den aanleg
van een zooda-
nigen weg voor
rekening van
de Banne komt,
wanneer de be-