1655» kwam dit proces tot een einde. In de
tussentijd was het noodzakelijk huur en
pacht te innen.
De vier benoemde regenten moesten
beslissen of het huis aan de Lombardsteeg,
bestemd om een provenhuis te worden,
verbouwd werd of gesloopt en herbouwd
zou worden. Zij kozen voor het laatste. De
bouwkosten bedroegen tezamen f 17.518,-.
Omdat de pronkgevel van het pand niet
helemaal symmetrisch is en dat in de
zeventiende eeuw wel heel gebruikelijk
was, bestaat het vermoeden dat een
bestaande fundering is gebruikt.
Misschien die van het huis van Johan van
Nordingen. Het Hof van Nordingen valt
nog steeds, ondanks restauratie en enkele
aanpassingen uit de twintigste eeuw, in
vrijwel originele staat te bewonderen.
In de pronkgevel aan de Gedempte
Nieuwesloot zijn echter twee bouwstijlen
zichtbaar, wat de vraag oproept of hier een
latere bouw of verbouw zichtbaar is.6
Op 23 mei 1657 werd een provisioneel
(voorlopig] reglement voor het huis
vastgelegd (vernieuwd en aangevuld 15
juni 1774). Artikel 20 is belangrijk: Iedere
provenier moest inbrengen een bed met
zijn peluw, een oorkussen en zitkussen,
twee paar slopen, twee paar lakens, drie
dekens, twee stoelen, een kist of kastje, een
tinnen waterpot, een mantel of rok, twee
pakklederen, zes hemden, zes neusdoeken,
zes kragen of beffen, alle middelbaar goed
en bekwaam onderhouden ter beoordeling
van de regenten. Ai het linnen en wollen
goed en de meubelen werden van te voren
gespecificeerd en moesten na het
overlijden van de provenier aan het
pro venhuis blijven. Op 25) mei betrokken
de eerste acht proveniers hun onderkomen;
de gezamenlijke huishouding onder
leiding van een vrouw, de 'moeder of
binnenmoeder' genaamd, was begonnen.
Het Huis van
Achten in 1906
met een provenier
hij de ingang. De
kruisvensters in de
regentenkamer zijn
in het jaar 1904
aangebracht door
architectjan Stuyt.
Foto H. Erkamp,
Collectie Regionaal
Archief
34 Oud Alkmaar 2012