mm
Gezicht op ie
begraafplaats
vanuit de Hout
slechts eenmaal voor, maar kun je het
aantal opmaken uit het achterwege laten
van een vermelding van plaats en klasse
van het graf In die periode, dus van 1888
tot 1902, gaat het dan om 37 kinderen. Tot
1945 zijn er drie volwassenen begraven in
ongewijde aarde. 6
OF IN GEWIJDE AARDE...
Ook in Alkmaar zijn, net als elders, bijna
net zoveel levenloos geboren kindjes in
gewijde aarde als in ongewijde aarde
begraven. Meestal staat dan achter het
'levenloos geboren kind van...een klasse,
vak en plaats genoemd.7 Deze kinderen
hebben dus een gewoon, geregistreerd,
graf gekregen. Vanwaar dit verschil? Er
valt geen relatie te leggen met de maat
schappelijke positie van de ouders.
Misschien is de persoonlijke houding van
de geestelijkheid wel de enige mogelijke
verklaring. In Alkmaar waren in het
katholieke St. Elisabethziekenhuis de
Zusters Augustinessen werkzaam. Zij
hadden direct te maken met de geboorte
van katholieke kinderen, hoewel rond 1900
in Amsterdam nog geen 2% van de beval
lingen in het ziekenhuis plaatsvond.8 Als
een kindje, in het ziekenhuis geboren,
overleden was, doopten sommige zusters
het gauw. Volgens de kerkelijke regels
mocht en moest iedereen dopen in geval
van stervensgevaar, dit heette de nood
doop. Stervensgevaar en het tijdstip van
overlijden waren daarbij wel rekbare
begrippen. Andere zusters deden het juist
amper, omdat ze er van uit gingen dat een
kind eigenlijk al gedoopt was als de
moeder dat gewild zou hebben. Dit
noemde men het doopsel van begeerte,
maar dan kon het misverstand ontstaan
dat een kind dus niet gedoopt was. Bij de
meest voorkomende bevalling thuis
speelde hetzelfde probleem. Niet iedereen
was op de hoogte van de kerkelijke regels
en sommige regels werden verschillend
geïnterpreteerd. Het blijft een moeilijke
zaak te achterhalen hoe het precies ging.
Verder waren er ook geestelijken, die voor
ongedoopte kinderen met de hand over
16 Oud Alkmaar 2008