De winkel van de firma Koster
in de Langestraat, ca. 1958.
Collectie Regionaal Archief
Mannequins poseren voor de
camera na een modeshow bij
Koster, ca. 1967.
Collectie Regionaal Archief
Over dameskleding werd in de openingsadvertentie enkel in
kleine letters gesproken; de verkoop van damesmantels zou
slechts tot 1929 duren.
Broersen beschrijft die 100 jaar Koster vaak tegen de achter
grond van ontwikkelingen in Alkmaar of ontwikkelingen in de
mode en de kledingindustrie; en zelfs de voorgeschiedenis,
zoals door mij hiervoor kort samengevat, heeft als doel te
schetsen waaruit de Kosters kracht putten om moeilijke tijden
te kunnen doorstaan. Want voor- en tegenspoed waren hun
deel.
De eerste grote klap kwam toen oprichter J.B. Koster in 1915 op
47-jarige leeftijd overleed en zijn vrouw met zeven kinderen
onder de 11 jaar achterliet, terwijl 2 maanden na zijn overlijden
nog een achtste geboren werd. Maar toen trad wel een on
geschreven wet in werking: 'Tüötten laten elkaar nooit in de
steek'. Een vriend van J.B. Koster, A. Kreymborg, zou de inkoop
voor zijn rekening nemen (hij had die functie ook bij de
Kreymborg-fdialen) en een neef) Clemens August Köllmann,
zou als winkelchef optreden, waarmee zij beiden vele zorgen
voor de weduwe wegnamen.
Köllmann bleef in functie, toen in 1937 het vierde kind van mevrouw Köster-
Sommermeyer, Ton Koster, de winkel van zijn moeder overnam na eerst ervaring te
hebben opgedaan in het filiaal, dat zijn oudste broer Stijn Koster in Geleen had
gevestigd. Ook Ton had het echte Tüöttenbloed in zijn aderen. Zo trok hij twee
maanden per jaar heel Noord-Holland door om in cafézaaltjes e.d. modeshows te geven
waarna de aanwezigen ter plekke, als het ware 'aan huis', kleding konden kopen. Maar
ook ontmoette hij in het Heegerfiliaal in de Langestraat (waar nu de DIDI-winkel is
gevestigd, behorend tot de hiervoor besproken Coltex-groepJ het in Friesland geboren
Tüöttenmeisje Fie Heeger, waarmee hij in 193S trouwde. Toen Fie na de oorlog begon
met vanuit de huiskamer ook dameskleding in te kopen en te
verkopen, begreep Ton dat nieuwe tijden nieuwe kansen
boden. De verkoop van dameskleding en dan vooral die van
exclusieve merken zou de verkoop van kinderkleding steeds
meer gaan verdringen. Daardoor werd het ook belangrijk om
niet meer bij de klanten langs te gaan, maar ze voor een mode
show in restaurant Koekenbier uit te nodigen.
Na 34jaar werken en feesten (hij is jarenlang eerst secretaris en
later voorzitter van de 8 Oktober Vereniging geweest) vond Ton
het tijd de zaak over te dragen aan zijn oudste zoon Huub en
diens vrouw Anna Köster-van Kesteren. Ook zij moesten de
22