vormt dat de bekroning van diens loopbaan bij het gemeentearchief Aangesteld als klerk per 1 december 1921, kan hem in elk geval de nodige praktijkervaring niet worden ontzegd. Kort na zijn aantreden als archivaris breekt de Tweede Wereldoorlog uit, die het probleem van de slechte huisvesting naar de achtergrond dringt. In deze periode maakt hij zich, samen met stadsgenoot J. Belonje, verdienstelijk als op last van de Duitse bezetter Iuidklokken worden gevorderd. Zij spannen zich in om het omsmelten van historisch waardevolle Iuidklokken tot een minimum te beperken. Pas tegen het eind van zijn loopbaan in 1966, betrekken archivaris Wortel en zijn medewerkers een nieuw gebouw aan de Oudegracht. Vanwege het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd wordt hem per 1 maart 1968 ontslag verleend, dezelfde datum waarop gemeentearchief en museum officieel van elkaar worden gescheiden. Als 'tijdelijk archivaris' blijft Wortel nog even in actieve dienst totdat in zijn opvolging is voorzien. Met de komst op 1 september 1968 van W.A. Fasel als nieuwe gemeentearchivaris breekt voor het gemeentearchief een turbulente periode aan. Nu het archief goed onder dak is met voldoende ruimte voor de komende jaren, kan hij zich volledig geven aan het inventariseren van archieven, werk dat hem als archivaris het meest aanspreekt. Als voormalig streekarchivaris uit het kwartier van Oisterwijk is hij bekend met het fenomeen van 'streekarchivariaten', dat wil zeggen het in één hand beheren van verspreid geborgen archieven. Als zich in 1971 tussen Alkmaar en Sint Pancras grenswijzigingen aandienen als gevolg waarvan de gemeenten Koedijk en Oudorp worden opgeheven, bepleit hij samenwerking met omliggende gemeenten in de vorm van een regionaal of streekarchief Daartoe bedenkt hij een constructie, waarbij gemeenten het beheer van hun oude archieven uit handen geven, zonder dat de Alkmaatse gemeentearchivaris zeggenschap krijgt over de op het gemeentehuis beheerde archieven. Dit slaat aan, en de archieven van Koedijk, Oudorp en Sint Pancras vinden al spoedig een goed onderkomen in het gemeentearchief aan de Oudegracht. Achterafkan worden vastgesteld dat hiermee de eerste schrede is gezet op het pad naar regionalisering. En als gemeentearchivaris Fasel op 31 oktober 1986 zijn ambtelijke loopbaan beëindigt, is die regionalisering goeddeels voltooid. Per 1 november 1986 treedt G. Valk aan als gemeentearchivaris. Als logisch gevolg van de regionalisering is een chronisch ruimtegebrek ontstaan. Met de beleidsnota 'Archief in de groei' stelt Valk zich tot taak dit ruimtegebrek structureel op te lossen met een nieuw gebouw, en tegelijkertijd het gemeentearchief tot Regionaal Archief om te vormen. Verschillende gebouwen als het voormalig postkantoor en een deel van het Landbouwhuis komen in beeld als nieuwe huisvesting, maar vallen om verschillende redenen af Vanwege zijn benoeming tot lid van de Tweede Kamer neemt hij per 17 november 1989 ontslag. Inmiddels is dan een eerste verkennende bespreking gevoerd die in 1992 zou leiden tot de huisvesting van het gemeentearchief in de nieuwbouw voor het SNK aan de Hertog Aalbrechtweg.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2000 | | pagina 7