aangegeven staat wie eertijds waar mochten plaatsnemen. Zij bevinden zich thans in het
Regionaal Archief Alkmaar, en wel in het archief van de kerkvoogdij van de Alkmaarse
hervormde gemeente. De oudste van deze tekeningen zal gemaakt zijn kort na 1707, dat
wil zeggen kort nadat de eerste monumentale herenbank gereed gekomen was. Het is een
eenvoudige pentekening, die zich bevindt op een wat onverwachte plaats, namelijk in
een der grafboeken van de Kapelkerk, tussen de kerkplattegronden waarop de graven
aangegeven staan. Dit grafboek draagt de titel: 'Capellenboeck van de graeven Anno
1614'.5 Een tweede tekening werd vervaardigd 25 jaar na de ingebruikneming van de
monumentale herenbank uit 1762. Het is een wederom een pentekening, echter ditmaal
met mooie, heldere kleuren ingekleurd. Deze is te vinden in een 'Blaffer [Register) van
Stoelen en Banken in de Kapel binnen Alkmaar', die uit 1787 stamt.4
Beide keren dat er in de Kapelkerk een monumentale herenbank werd geplaatst, was er
geen sprake van een geïsoleerde, op zich zelf staande activiteit, maar van omvangrijke
bouw- en inrichtingswerkzaamheden, die enerzijds gericht waren op de
instandhouding van het gotische kerkgebouw en anderzijds op modernisering en
aanpassing aan eigentijdse wensen. Wat betreft dit laatste aspect: in 1707 werd het
gebouw aan de noordzijde (dat wil zeggen aan de kant van het Verdronkenoord)
uitgebreid met een dwarsbeuk, destijds aangeduid als 'het nieuwe werk'.
Dit was slechts bestemd voor de plaatsing van een enkel belangrijk meubelstuk: de
magistraatsbank. Overigens zaten hier niet alleen de diverse leden van de magistraat,
Kerkplattegrond van de
Kapelkerk, 1787
35