De dagboeken van
Cornelia Frederica Fontein
Verschuir
aar en
H.T.
71-179;
leberlé
im, zie
iscuyl',
>27) 16,
-ontein
en hun
ven. De
inde de
Harry de Raad
'Ik ben een zo geheel nieuw leven ingetreden'. Met deze zin begint de eerste van in totaal
34 dagboeken, bijgehouden door freule Cornelia Frederica Fontein Verschuir.1
Dagboeken komen wel meer voor in familiearchieven, maar zelden zijn ze over een
langere periode - in dit geval van 1884 tot 1944 - consequent bijgehouden. De serie begint
in het jaar waarin de freule in het huwelijk treedt en loopt door tot haar dood in 1944.
Met een ijzeren regelmaat nam ze aan het eind van iedere dag plaats aan 'mijn
schrijftafeltje', en noteerde ze wat ze die dag had meegemaakt.
De door freule Fontein Verschuir bijgehouden dagboeken stellen ons in staat haar leven
en daarmee dat van de Alkmaarse elite van de eerste decennia van onze eeuw, van zeer
dichtbij te Ieren kennen. Bovendien zijn de dagboeken waardevol als kroniek van het
dagelijkse leven in Alkmaar over de periode 1884-1944. Cornelia noteert, meestal vrij
beknopt, wat ze op een dag heeft meegemaakt en geeft daarbij af en toe haar mening
over iemand of iets.2
De dagboeken