Maerten van Heemskerck Ilja M. Veldman Het onderstaande artikel bevat de tekst van een lezing .gehouden te Heemskerk op 18 april 15198 ter gelegenheid van de presentatie van het boek 'Maerten van Heemskerck 1498-1574; constigh vermoert schilder'. In 1604 schreef Karei van Mander in zijn Schilderboeck het volgende: 'Wie is in staat te begrijpen en te verklaren wat voor bevruchtende en zuivere lucht vanaf zee over de Noordhollandse hoek het land binnenstroomt en daar heerst, zodat dit land zo uitermate geschikt lijkt om aan onze zinrijke kunst van tijd tot tijd enkele edele en vatbare geesten te leveren? Dit is namelijk gebeurd in Beverwijk, Schootl, Heemskerk en Wijk aan Zee, waar men onder de boerenkinderen een hang naar de kunst bespeurt, terwijl er toch bijna geen voorbeeld is te vinden'.1 Deze passage gaat vooraf aan het leven van de vrijwel geheel vergeten schilder Rijckaert Aertsz., bijgenaamd 'met de stelt' uit Wijk aan Zee. Met de Beverwijkse en Schoorelse schilders had Van Mandet Jan Vermeyen en Jan van Scorel op het oog. Maar het is niet toevallig dat de tekst direct volgt op Van Mandets zeer uitvoerige en gedetailleerde levensbeschrijving van Maerten van Heemskerck, een schilder, zegt hij, die het toentertijd kleine Heemskerk wereldberoemd heeft gemaakt. Jammer genoeg zijn Maertens werken, zoals dat nu eenmaal gaat, over de hele wereld verspreid getaakt. Meet dan 100 schilderijen zijn van hem bewaard gebleven, honderden tekeningen en ongeveer 600 prenten naar zijn ontwerp.2 Ondanks het feit dat Maerten voor zijn opleiding aangewezen was op steden in de buurt en hij zijn atelier in Haarlem vestigde, heeft hij de relatie met zijn geboorteplaats altijd gekoesterd. Hij noemde zich immers niet Maerten Jacobsz. van Veen, naar zijn vader, maar Maerten van Heemskerck, naar zijn dorp. Ook het grafmonument dat hij voor zijn vader, vier jaar voor zijn eigen dood, op het kerkhof te Heemskerk liet oprichten, is een bewijs dat hij altijd nauwe banden met Heemskerk heeft onderhouden. Maertens leven is uitvoerig beschreven door Karei van Mander.3 Deze was goed op de

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1998 | | pagina 5