bijvoorbeeld uit 1572, het jaar dat Maerten geen belasting meer hoefde te betalen. Het is
een onderdeel van de reeks wereldwonderen. De 600 prenten naar Maertens ontwerp
hebben overigens de meest uiteenlopende onderwerpen. Tot in de 17de eeuw werden zij
herdrukt en gekopieerd.
Terwijl Van Heemskerck in de 16de eeuw, samen met Lucas van Leiden, als een van de
belangrijkste Nederlandse schilders werd beschouwd, begon zijn roem in de 18de en
19de eeuw een beetje te tanen. Men bracht niet zo veel waardering meer op voor zijn
door Italiaanse voorbeelden geïnspireerde stijl, die zo weinig aansloot bij het Hollandse
realisme waar de Nederlandse Gouden Eeuw zo beroemd om was. In deze eeuw heeft
men gelukkig weer oog gekregen voor de vernieuwingen die hij heeft geïntroduceerd,
voor zijn rijke onderwerpkeuze en vooral voor zijn meesterlijke en krachtige
schilderstijl. De eerste monografie over Maerten verscheen in 1911 te Leipzig van de
hand van de kunsthistoricus Leon Preibisz.10 In 1916 werden Van Heemskercks
Romeinse tekeningen in Berlijn in facsimile gereproduceerd.11 In 1977 verscheen mijn
eigen boek,12 waarin met name het milieu en de cultuurhistorische achtergrond van
Van Heemskerck worden toegelicht, en drie jaar later een boek van de Duitse
kunsthistoricus Grosshans waarin alle schilderijen staan gereproduceerd.13 In 1993 en
1994 tenslotte heb ik twee delen in een reeks over prentkunst gepubliceerd, de 'New
Hollstein', waarin het volledige prentwerk van Van Heemskerck staat afgebeeld.^ Van
Heemskercks volledige oeuvre is nu dus via reproducties beschikbaar. En dat aan het
schrijven over de kunstenaar in 1998 geen eind is gekomen, bewijst het in Heemskerk
gemaakte gedenkboek dat aan Maerten van Heemskerck is gewijd.
1. Karei van Mander, Het Schilder-boeck (Haarlem, 1604). Het citaat is afkomstig van een moderne vertaling:
Karei van Mander, Het schilderboek. Het leven van de doorluchtige Nederlandse en Hoogduitse schilders
(Amsterdam, 1995) 219.
2. Zie voor de schilderijen: R. Grosshans, Maerten van Heemskerk. Die Gemalde (Berlijn, 1980). De prenten in
'New Hollstein' (zie noot 14).
3. Van Mander, Schilderboek, 211-218.
4. Ibidem, 212.
5. S. Ampzing, Beschnjvin^e ende lof der stad Haarlem in Holland(Haarlem, 1628) 35 6.
6. I. M. Veldman, 'Maarten van Heemskerck en Italië', Nederlands Kunsthistorischjaarboek, 44 (1993) 125-142.
7. I.M. Veldman, 'Een monument in de Alkmaarse geschiedenis. Het Laurentius-drieluik van Maerten van
Heemskerck', in: L. Noordegraaf, ed., Glans en .glorie van de Grote Kerk. Het interieur van de Alkmaarse Sint
Laurens (Hilversum, 1996) 203-227.
8. Van Mander, Schilderboek, 215.
9. De documenten bevinden zich in Regionaal Archief Alkmaar, Stadsarchief, inv.nr. 1804. Uitgaven: A. van
der Willigen, Les artistes de Haarlem (Haarlem, 1870) 158-167 en B. Cattingius en A.L. Romdahl, Maerten
Heemskercks laurentiusaltare i Linköping Domtyrka (Stockholm, 1953) 38-54.
10. L. Preibisz, Martin van Heemskerck. Ein Beitra^ zur Geschichte des Romanismus in der niederlandischen Malerei
desXVI.Jahrhunderts (Leipzig, 1911).
11. Chr. Hülsen en H. Egger, Die Römischen Skizzenbücher von Marten van Heemskerck im Kömglichen
Kupferstichkabinett zu Berlin (2 dln; Berlijn, 1913-1916).
12. I.M. Veldman, Maerten van Heemskerck and Dutch humanism of the sixteenth centuiy (Amsterdam/Maarsen, 1977).
13. R. Grosshans, Maerten van Heemskerck.
14. I.M. Veldman, The New Hollstein. Dutch and Flemish Etchings, Engravings and Woodcuts 1450-1700, Maarten
van Heemskerck (2 dln; Roosendaal, 1993-1994).