ter ziele en werd in 1830 opgeheven. Op 16 februari 1846 werd besloten
een nieuwe poging te wagen, onder voorwaarde dat er een reservefonds
zou komen. Op 30 maart 1847 werd de Nutsspaarbank officieel gesticht.
Deze richtte zich nadrukkelijk tot de gehele bevolking. Over deze spaar
bank is een gedenkboek gepubliceerd (Nutsspaarbank Alkmaar, 1847-1947),
zodat het niet nodig is dieper op deze instelling in te gaan. In 1848 rees
tevens het plan een volkscredietbank te stichten. Deze bank Hulpbank
genaamd - werd 1 april 1852 opgericht en op 19 april d.a.v. geopend.
Het doel was woeker tegen te gaan door "nijvere, minvermogende lieden
door geldelijke voorschotten behulpzaam te zijn in het aanvangen, voort
zetten of uitoefenen van hun beroep". Deze voorschotten werden alleen
gegeven aan mensen die konden lezen en schrijven en slechts bij hoge uit
zondering aan armlastigen die onderstand genoten. Ook moest het bestuur
met het beoogde doel instemmen. Degenen, die "winterprovisie", kleding
of huisraad wilden kopen, werden afgewezen, zodat het voornamelijk als
eerlijk en deugdzaam bekend staande kleine neringdoenden en kooplieden -
"geen tapper zijnde" - waren, die in aanmerking kwamen. Toch kwam het
voor dat ook zij werden afgewezen, namelijk als zij geen twee al even goed
bekend staande borgen konden vinden. Reden waarom de departements
leden werden opgeroepen zich borg te stellen.
In de vergadering van 29 december 1 969 werd een statutenwijziging aan
genomen, inhoudende de opheffing van de Stichting Nutsspaarbank Alk
maar; dit in verband met de fusie met de spaarbank te Haarlem. De Hulp
bank werd in 1911 opgeheven i.v.m. de stichting van de Gemeentelijke
Volkscredietbank.
582