kunnen zijn. Eigenlijk zou men vanaf de lijn Houttil-Boterstraat met een tussenruimte van enkele meters grondmonsters moeten nemen en dan bezien tot welke conclusies dit leidt. De Mient als water komt voor in de Oudste Keur, die van omstreeks 1450 dateert6). Het Verdronkenoord wordt voor het eerst genoemd in 14717In dat jaar kocht Comen Claes een stuk water aan het oosteinde van het Verdronkenoord om tot land te maken en zijn perceel grensde aan het land dat Dirc Ruter „thants uuytgewerft heft". Er had dus al eerder landwinning plaatsgevonden. Het aan Comen Claes uitgegeven perceel water behoorde toe aan de parochie kerk van Alkmaar en ook de hierna te vermelden percelen in het Oostelijk Stadsdeel waren kennelijk van de kerk. Hieruit heeft men geconcludeerd dat de gehele Voormeer bezit van de parochiekerk was, hetgeen dan weer zou bewijzen dat oudtijds het gebied aan de abdij van Egmond toebehoorde. In feite is hierover geen zinnig woord te zeggen. Bedoelde verkopen van percelen zijjn opgetekend in een parochieregister, terwijl in het stadsarchief gegevens uit die tijd ontbreken. In de 16e eeuw werden echter ook door de stad percelen water uitgegeven, zodat zeker niet de gehele Voormeer parochiebezit was. Te beginnen met 1483 zijn er verschillende percelen water en erf verkocht8). Allereerst aan Rembrant Jansz, die 6 roeden water aan het Luttik Oudorp kocht. Eveneens in 1483 kocht Frerick Falcksz 53 voet erf, onder voorwaarde dat hij aan de westkant tussen hem en Jan van Neck 8 voet zou laten liggen en aan de oostkant 12 voet. Aan de zuidzijde moest hij het erf zo breed laten als Jan van Neck het gelaten had de Mient langs en ten noorden zou het erf strekken tot aan Meynaert Claes Nannesz. Dit bewijst, dat Jan van Neck aan de Mient woonde en dat het gebied ten oosten van dit water bebouwd ging worden. Naast het erve van Frerick Falcksz kwam dat van Gerrit Hardinck te liggen en naast deze kocht Jacob Florisz in 1488 twee oostelijke erven, elk 6 roeden breed, onder voorwaarde dat hij 12 voet langs de Voormeer zou laten liggen. Benoorden deze erven, waar het erve van Meynaert Claes Nannesz lag, kocht deze Meunaert er 25 voet erf bij, strekkende van Gerrit Pietersz Hardinck af oostwaarts aan, onder bepaling dat hij aan de zuidzijde een straat moest laten liggen zo breed als voor de deur van Jan van Neck ligt. Mogelijk is met deze straat aan de zuidzijde het Fnidsen bedoeld. In alle geval zitten we nog steeds in de omgeving van de Mient en met de Voormeer in de onmiddellijke nabijheid. In 1501 kocht Floris Jacobsz 35 voet water en hij moest 8 voet laten liggen tegen de 384

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1981 | | pagina 12