bepaalden het maatschappelijk functioneren, vooral vanuit het katholieke gezichtspunt. Hij ging als kind naar de katholieke Jozef-school en liep dan voorbij de openbare school, een 'andere' wereld. Zijn familie was zeer kerks, dus moesten Jan en zijn zussen met vader naar de kerk, iedere dag. Uiteraard wist hij op het dorp precies wie wel en wie niet katholiek was. "We speelden op straat met elkaar, dat wil zeggen met de kinderen van school. De buurman aan de overkant, daar heb ik zelfs nooit een woord mee gewisseld. Tegenover Rijkes woonde de familie Van Straaten, heel katholiek met 15 of 16 kinderen en een smederij die heel interessant was als speelplaats. Daar en op de kleine Dam en op de trappen van het raadhuis speelden we'. Jan Kaptein bracht in zijn jeugd geen splitsing aan in de groep niet- katholieken. Het waren de katholieken en de rest. Lang zette zich dit levenspatroon door want toen hij van de lagere school kwam en naar de MULO ging, fietste hij naar de katholieke MULO in Purmerend weer met een katholiek groepje jongens. Het leven was strikt naar het geloof georganiseerd. De gang van zaken bij het voetballen vormt een heel duidelijk voorbeeld. Hij voetbalde in REO, later werd dat DREO. REO was de roomse voetbalclub en AW was de 'andere' club. Daar heeft Jan de animositeit ervaren. AW speelde een klasse hoger en REO zat in de onderafdeling. Onder de jeugd, voetbal had ook toen al een grote impact op het leven, was er sprake van tegenstellingen, die ook tot uiting kwamen. Hij is nooit gaan kijken naar AW, altijd naar REO. Woonde men ook gescheiden? Nee, maar er was wel een ander soort scheiding die tot uiting kwam in het woongebied, die tussen de Rijpers en de Grafters. Op Graft woonden heel veel tuinders, bijna allemaal katholiek. Die katholieke tuinderskinderen kwamen wel naar de Jozefschool. 'Op het schoolplein had je wel eens: jullie Grafters en die Rijpers. Ik speelde niet met Grafters, in mijn beleving woonden ze ook heel ver weg. Ik heb ooit een vriend (nou ja, afgesproken of zoiets) gehad die woonde in de Graftermeer. Ik ben een keer met hem meegelopen, dat was in de winter en het was heel ver. In mijn eentje moest ik toen in het donker teruglopen. Ik ben daarna nooit meer vriendje met hem geweest'. Was er een vijandige sfeer tussen de scholen? Het antwoord is nee, maar er volgt toch een verhaal dat niet helemaal van 130

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 2006 | | pagina 10