Art: 4.
De kleederen die door de gealimenteerden gedragen worden, zullen bij het begin
der aanneming aan den aannemer op taxatie van twee personen een door hem
en een door regenten te benoemen worden overgedaan; doch hij zal bij het einde
der aanneming de zuivere waarde dier goederen weder bij gelijke taxatie moeten
opleveren. Wanneer zulks minder mogt bedragen dan bij den aanvang der
aanneming, zal die mindere waarde door den aannemer in geld worden
bijbetaald, terwijl in het tegenovergestelde geval de meerdere waarde aan hem
door Regenten zal worden teruggegeven.
Art: 5.
Op de daarvan te houden inventaris zullen in den loop des jaars worden
bijgeschreven zoowel de goederen welke door Regenten aan de
gealimenteerden bij hunne opneming in het godshuis worden verstrekt, als die
welke aan Regenten worden teruggeleverd, en van die inventaris afgeschreven:
al de goederen welke bij vertrek aan de gealimenteerden worden medegegeven
of die bij overlijden tot doodskleederen dienen. Naarmate der bij- of afschrijving
zal de inventaris op het einde van het jaar voor de afrekening vermeerdert of
vermindert worden.
Art: 6.
Voorgemeld onderhoud zal aan den aannemer betaald worden voor iederen
gealimenteerde Tweequlden Vijfentwintiqcent per week. In het 2e contract werd
dat f 2,50! Wanneer gealimenteerden, welke buiten het huis bij anderen
geplaatst zijn, door ziekte of anderzints daar in wederkeeren, of anderen, welke
buitenshuis zijn, doch door den aannemer van kleederen en beddegoed of van
kleederen of iets anders worden voorzien, zal daarvoor voor ieder persoon per
week aan den aannemer worden uitbetaald als volgt:
Voor hen die van alles voorzien worden behalve van onderhoud van kleederen:
Een gulden Vijf en tachtig Cent. In het 2e contract werd dat f 2,-I
Enkel voor onderhoud van kleederen: Veertig Cent. In het 2" contract werd
dat/0,50!
Onderhoud van kleederen, bewasschen en benaaijen: Zeventig Cent.
Enkel bed en beddegoed: Twintig Cent. In het2e contract werd de zin vervangen
door: "Tegemoetkoming voor enkel nachtverblijf Vijf en Twintig Cent".
De aannemer zal op het einde van iedere maand door Regenten voor die maand
worden betaald.
Art: 7.
De kosten van geneesmiddelen en heelkundige hulp aan de gealimenteerden in
het huis toe te dienen, komen ten laste van het gesticht. In het 2e contract
82