Tegelijkertijd hadden de regenten een nieuw contract opgemaakt wat als
stuk op de raadsvergadering van 24 mei 1876 werd ingebracht. Evenals het
eerste contact werd ook het tweede contract na enige discussie goedgekeurd.
Onderstaand is het eerste contract opgenomen met de daarin cursief
aangegeven wat de wijzigingen voor het tweede contract inhielden.
Art: 1.
De aannemer Hendrik Gerbehii en zijne echtgenoote Neeltie Nibbering verbinden
zich de betrekking van binnenvader en binnenmoeder in het Gemeene Wees- en
Armenhuis te zullen blijven bekleeden tot aan de wederopzegging van een der
partijen toe. Die wederopzegging zal minstens zes weken te voren geschieden.
Art: 2.
De aannemer verbindt zich om de gealimenteerden te voorzien van spijs, drank,
(hieronder nader te bepalen) vuur en licht, voorts van linnen en wollen kleederen,
schoeisel, hoofddeksel enz. Dit alles, zoomede het linnen bij het beddegoed te
wasschen, benaaijen, herstellen en in orde te houden, zonder enige uitzondering
hoe genaamd.
Art: 3.
Hij verbindt zich aan de gealimenteerden de navolgende spijzen toe te dienen,
te weten:
des morgens:
aan de jongens die vroegtijdig naar hun werk gaan een boterham en ten 8 Ure
steeds een goede boterham met kaas en koffij voor ieder persoon.
des middags:
Zondag, aardappelen met groente en vleesch;
Maandag, rijst in melk gekookt;
Dingsdao. ketelkoek;3'
Woensdag, graauwe erwten met spek;
Donderdag, groene erwtensoep met spek;
Vrijdag, rijst in karnemelk gekookt of huspot met vet toebereid;
Zaterdag, bruine bonen.
des avonds:
ten 6 Uur een boterham en 9 Uur een boterham met kaas en koffij aan ieder
persoon. De binnen vader en moeder zullen verpligt zijn steeds met de weezen
gelijktijdig aan dezelfde tafel te eten. Zij zullen zich niet buiten de gemeente
mogen begeven zonder toestemming van den president Regent, wiens
vergunning ook wordt vereischt tot het ontvangen en overnachten van familie
en vrienden in het gesticht.
81