in het weeshuis hebben gewoond, maar meer bijzonderheden daarover zijn D in beide dorpen niet meer te achterhalen. Degenen die contact met hen b< hebben gehad leven niet meer of wonen hier niet meer. D b< Uit de notulen Het notulenboek van het weeshuisbestuur vermeldt er niets over. Het n( notulenboek van de doopsgezinde gemeente te Noordeinde van Graft geeft a, slechts een summiere aanwijzing. In de jaarlijkse "zuster- en broeder- m vertoeving" van 12 februari 1946 deed de leraar, dominee P. Keuning, Rl "mededeling van de aanwezigheid van enkele duizenden uit Rusland p( gevluchte doopsgezinden in Duitsland, waar men met hen totaal verlegen v£ was. De broeders in Canada zouden bereid zijn hen tot zich te nemen, maar zij zouden vooraf enige maanden in ons land worden gebracht. Er is p( gevraagd er enigen te mogen plaatsen in het weeshuis te Graft, hetgeen is toegestaan maar er is veel nodig om er zo'n huishouding op te zetten. q Derhalve doet de leraar een beroep op de leden om te helpen, waartoe zij wel dj genegen blijken te zijn". Aldus de notulen van Noordeinde. S< De volgende avond vergadert ook de doopsgezinden gemeente te De Rijp, vc waarin dominee Keuning dezelfde mededeling doet betreffende de m "Russische" vluchtelingen, die in Duitse kampen verblijven. Het verzoek om p£ hulp is ook aan tal van andere doopsgezinden gemeenten gedaan, verklaart dc hij en beklemtoont dat voor de hulp aan de circa 20 vluchtelingen die in het leegstaande Grafter weeshuis onderdak zullen krijgen allerlei huisraad zal OJ dienen te worden geleend. De dg gemeente te De Rijp blijkt nog in het bezit or van enige inventaris uit het dg weeshuis in De Rijp. Besloten wordt dat Qp beschikbaar te stellen. Voorts wordt een beroep gedaan op de leden. ve Jongeren zal worden gevraagd het transport van de goederen te willen verzorgen. Zodra een en ander gereed is kunnen de emigranten worden opgenomen", aldus de notulen van De Rijp. m, Ke Voor de Russen uit... he Een beknopt stukje voorgeschiedenis: Doopsgezinden uit Duitsland nc waren in het verleden geëmigreerd naar de Oekraïne, waar zij pionierswerk verrichtten op gebied van de landbouw. Zij vormden met elkaar grote hj doperse koloniën, die na aanvankelijke waardering van hogerhand, tijdens het stalinistische tijdperk stelselmatig steeds meer werden dwars gezeten, bureaucratisch gepest en vanwege hun geloof gediscrimineerd. Al in 1929 gaf Rr een groot aantal gezinnen er de brui aan en emigreerde naar Canada en vj-, Zuid-Amerika. Ook dat ging gepaard met veel vertragende Moskouse co bureaucratie. Pesterijen dus. In de jaren '30 het zelfde. Toen dan ook de de 38

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 2006 | | pagina 38