wanneer wij er niet voor zorgen dat zij niet vervallen in den toestand van
armoede en ellende die hen tot ondeugd bracht. Misschien kunnen wij 't ons
niet voorstellen dat men in zulke omstandigheden zoo licht daartoe komt.
Misschien meenen wij dat goede voornemens en veel zedelijke kracht ons ge
makkelijk voor 't verkeerde kunnen hoeden, doch de ondervinding zou een
goede doch ook een dure leermeester voor ons kunnen zijn. Laten wij ons niet
voor beter houden dan wij zijn.
Maar 't middel om kwade gevolgen te voorkomen is ijver. IJver en onzen
werkkring geeft brood en verjaagt ledigheid en luiheid, dat verderfelijke
zusterpaar dat lichaam en geest besmet. IJver bewaart ons voor verkeerde ge
dachten. IJver behoedt ons voor lege zakken. IJver alleen brengt ons echter niet
waar wij wezen willen: een goed hart en een gezond verstand zetten de kroon
op 't werk.
Daarom zullen wij gedachtig aan bovenstaand spreekwoord, onder
steunende en deelnemende vrienden, ten aanzien van ons zeiven nuttige en
knappe leden der maatschappij zijn.
30 Juni 1882
Pieter Wiedijk Jr.
Het hierna volgende deel ('de twaalf apostelen, marxisten en
revisionisten') is voor de politiek geïnteresseerden. U kunt dit
deel ook overslaan en verder gaan bij 'Pieter Wiedijk vóór 1896'.
De twaalf apostelen, marxisten en revisionisten
Op 26 augustus 1894 werd de SDAP (Sociaal-Democratische Arbeiders
Partij) opgericht. Het manifest waarin werd opgeroepen om daarvoor in
Zwolle bijeen te komen was ondertekend door 'de twaalf apostelen': L. Co-
hen, J. A. Fortuyn, A. H. Gerhard, F. (Franc) van der Goes, W. P. G. Helsdin-
gen, H. van Kol, H. (Henri) Polak, J. H. Schaper,, H. Spiekman, P. J. Troelstra,
H. J. van der Vegt en W. H. Vliegen.6 De nieuwe partij kwam voort uit de in
1882 opgerichte SDB (Sociaal Democratische Bond) van Domela Nieuwenhuis.
De SDB was anarchistisch en anti-parlementair geworden, terwijl de SDAP de
volksvertegenwoordiging en verkiezingen heel belangrijk vond. Het streven
van de SDAP was om via praktische hervormingen verbetering te brengen in
de levensomstandigheden van de arbeiders en om de kapitalistische orde
geleidelijk te veranderen. Zij voerde daarmee een 'reformistische', praktische
Koers gebaseerd op de theorie van de Duitse 'revisionist' Eduard Bemstein.7
Naast het op de leer van Marx gebaseerde (orthodoxe) marxisme, later vooral
door Karl Kautsky gepopulariseerd en vasthoudend aan de revolutionaire
theorie, ontwikkelde zich een meer praktisch gericht socialisme. Deze stroming
179