dat als er geen zegen rust op je werk en op je gezin, de mens ondanks al zijn ploeteren en zorg machteloos is. Zoals ik al opmerkte, het was een jaarlijkse gewoonte, en op zeker voor jaar was de tijd weer aangebroken om het vee naar buiten te jagen. Het was een schitterende voorjaarsdag, er was veel gras, kortom het stond er goed voor. Vader Klaver was juist weer begonnen aan zijn jaarlijkse rondgang in de stal, en daar komt Buurman Schoen binnen wandelen, ook een veehouder van beroep. Buurman was niet katholiek en zag de ceremonie met enige verwonde ring, maar toch ook met zekere eerbied aan. Mijn schoonvader ging onver stoorbaar door tot hij al zijn vee langs was geweest. De pet ging weer op en Buurman Schoen nam schuchter het woord en vroeg: buurman wil je dat bij mij ook doen? Waarom Buurman dat vroeg dat weet ik niet, hij had zoiets nooit eerder gezien of er van gehoord. Mogelijk was hij onder de indruk van de sobere ceremonie en de eenvoudige manier van optreden. Ik houd het er meer op dat hij dacht: baat het niet, schaden kan het ook niet. Hoe dan ook, Vader Klaver voerde ook bij hem deze ceremonie uit. Hoe dat jaar verlopen is ver meldt de geschiedenis niet. Maar weer een jaar later, het was weer voorjaar en het vee was nog maar kort van stal en rende uitbundig het land op en neer. En jawel een koe be landde in sloot, door de slappe kanten (de polder De Mijzen is toch betrekke lijk licht land) kon het beest er op eigen kracht nooit meer uitkomen. Dan werden de buren opgetrommeld om met z'n allen de koe weer op het droge zien te krijgen, er waren toen nog zo goed als geen trekkers. Buurman Schoen was ook weer van de partij. Het lukte dan altijd wonderwel, vele han den maken licht werk. Maar tijdens de reddingswerkzaamheden van de buren, was ook het dochtertje van 3 jaar oud op het toneel verschenen, omringd door de andere koeien, die de drukte aan de slootkant nieuwsgierig gade sloegen. Plotseling stapte er een koe uit de kring (een roodbonte) en viel de kleine meid aan en drukte haar tegen de grond, ze lag precies tussen de horens. Vader Klaver zag onmiddellijk het gevaar en wist zijn dochtertje te ontzet ten, zij had geen noemenswaardig letsel opgelopen en kwam met de schrik vrij. Het eerste wat mijn schoonvader zei, na het zakken van de commotie, was: a.s. Dinsdag, marktdag in Purmerend, gaat hij weg. Ondanks dat het een redelijk goede melkkoe was, en hij er f 400.- meer voor kon vangen als melkkoe, wilde hij daar niets van weten, hij verkocht hem alleen voor de dood en anders niks. 118

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 2003 | | pagina 18