doen en laten van die man liep de spuigaten uit, zodat op zeker moment
de opdracht kwam hem te elimineren. Samen met de Purmerender
jongens hebben [we] getracht die opdracht uit te voeren. We hebben bij
de man aangebeld, maar hij gaf niet thuis. We zijn daarop weggegaan,
met de bedoeling terug te komen. Dat is echter door een of andere
ingeving niet gebeurd. Na de oorlog ben ik over die zaak gehoord.
Toen bleek me dat na ons vertrek die vrouw contact had opgenomen
met de Grüne Polizei, waarvan een afdeling in Oosthuizen bivakkeerde.
Een aantal van hen heeft daarop postgevat bij huizen in de omgeving
van die CCD'er, waar ze met het geweer in de aanslag onze terugkomst
hebben afgewacht. Die ging dus niet door. Was dat wel het geval geweest,
dan zou het voor ons vast niet goed zijn afgelopen.'
6 februari 1945
Over de gebeurtenissen op die zwarte dag is al veel geschreven, vaak
ingetogen, een enkele keer sensatiebelust. Als Kees Huijsman zijn herinnerin
gen aan die dag ophaalt, gebeurt dat in sobere woorden. Twee vliegeniers
van de bij Akersloot neergekomen B24 bommenwerper waren door een jon
geman op de fiets meegenomen naar het huis van de familie Schrama op het
Noordeinde van Graft. Daar werden beiden in burgerkleren gestoken. Ze kon
den echter niet in dat huis blijven want hun komst in Noordeinde was niet
ongezien gebleven. Willem Woestenburg (hij was verloofd met de daar wo
nende Riek Schrama) en Lau Beumer namen beide vliegers vanaf het huis
mee in een roeibootje, waarschijnlijk met de bedoeling om hen eerst naar
een boetje in de polder te brengen en vervolgens naar de Dillenburg. Het
bootje bevond zich nog op het meertje achter Noordeinde toen het door een
groepje Duitsers ontdekt werden. Die sommeerden de roeiers om aan de
kant te komen. Het bootje liep in de wal en de vier mannen stapten uit. On
verwacht stortten Willem en Lau - die beiden ongewapend waren - zich op de
twee dichtstbijzijnde Duitsers. Een was al tegen de grond gewerkt, toen een
derde Duitser dichterbij kwam en beide KP-leden doodschoot. 'Wij KP'ers
hadden afgesproken dat we ons dood zouden vechten op de plaats waar ze
ons grepen. Dat was een belofte. Gepakt worden betekende gemarteld wor
den en doorslaan. En dan kreeg je toch de kogel. Dat wisten we. Aan die be
lofte hebben Willem en Lau zich gehouden toen zij in de Noordeindermeer
gesnapt werden met twee piloten".5 {Afb. 6).
Een ander lid van KP De Rijp schreef dat de grootste blunder is gemaakt
door de jongeman die zonder medeweten en voorzorg die piloten in uniform
achter op de fiets op klaarlichte dag door beide dorpen vervoerde naar het
15