Bij deze aankoop was de klok al 2 eeuwen oud. Waar ze vandaan kwam vermeldt de historie niet. Bij het uurwerk werd een koperen plaatje aange bracht met het opschrift: "Ter nagedachtenis aan onze geliefde ouders Nicolaas Bijvoet en Antje Slooten wordt deze klok met uurwerk Gode vol eerbied geofferd door hun dankbare zonen Arie, Klaas, Jacob, Jan en Piet Bijvoet. De Rijp, 25 december 1868." Bijna 60 jaar later moest het uurwerk vervangen worden. Bij die gelegen heid werd ook de ophanging van de luidklok verbeterd. "Nu komt de klank beter tot z'n recht", concludeerde pastoor Kammers. Tijdens de Tweede Wereldoorlog begon voor onze klok een nieuw avontuur. Nazi-Duitsland probeerde het gebrek aan grondstoffen voor de oorlogsindustrie op allerlei manieren op te lossen. In de zomer van 1941 werden alle Nederlanders verplicht voorwerpen van koper, nikkel, tin en lood in te leveren. Bronzen geld werd vervangen door zinken munt. Eind 1942 begon de vordering van grote metalen voorwerpen. Ook kerk klokken werden niet ontzien, protesten hielpen niet. Op 23 maart 1943 was onze klok aan de beurt. De toenmalige pastoor H. Coppens schreef hierover: "Een zeer zwarte dag in de geschiedenis der Rijper parochie. Op bevel van de bezettende macht werd ons bekend gemaakt dat de kerkklok gevorderd werd. Nog eenmaal hebben wij de klok geluid en de bevolking de afscheids- roep van hun dierbare klok doen horen. Het werk nam heel wat uren in be slag. De jeugd heeft zich niet onbetuigd gelaten en heeft de klok met het vol gende opschrift doen verzenden: "Wie met gewijde kogels schiet, wint beslist de oorlog niet." Het liep anders af dan men had gedacht. Kort na de oorlog, tijdens de be vrijdingsfeesten in september 1945 maakte burgemeester C.A. van Staveren vanaf het raadhuisbordes bekend dat de klokken uit De Rijp in Groningen verbleven en zouden terugkomen. Groot was de blijdschap. Op 20 december werd het bericht ontvangen dat de klok in Amsterdam was aangekomen en kon worden opgehaald. Aanstonds werden maatregelen getroffen om te be reiken dat de klok met Kerstmis weer kon worden gebruikt. Zaterdag 22 december om half 3 arriveerde onder gejuich de klok. Met schrik bemerkten we dat de klepel ontbrak. Een geleende klepel bracht uitkomst. Het was ook even schrikken toen tijdens de werkzaamhe den een steen in de ramen van Jaap Kaptein belandde. Dit werd veroorzaakt doordat een stuk hout in het grindpad terechtkwam. Jaap Kaptein verscheen ten tonele en keek uiteraard niet blij. Het zal wel naar tevredenheid zijn gere geld. Dit incident herinner ik me nog vaag. Ik was 7 jaar en mocht die zater dagmiddag met mijn vader mee. 129

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 2002 | | pagina 17