Blijde Tonen Als de torenklok van de Rooms-katholieke kerk zijn stem laat horen, zullen weinigen zich bewust zijn van de avontuurlijke omzwervingen die deze historische klok heeft gemaakt. Alles bijeen, stof genoeg voor een passend verhaal in de Chronyke. Om te beginnen: de klok is bijna 200 jaar ouder dan de kerk zelf. Het op schrift van de klok ligt ons daarover duidelijk in: "Petrus Hemony me fecit Amstelodami Anno 1667." Een klok die afkomstig is van de wereldberoemde 17e eeuwse gieterij van Hemony is zonder meer al een bezonderheid. En dat die klok terechtgekomen is in de toren van een 19e eeuwse dorpskerk is extra merkwaardig. De geschiedenis ervan is echter niet volledig duidelijk; diverse vragen blijven onbeantwoord. Over de maker is wel veel bekend. Petrus Hemony was een telg van een oud klokkengieters-geslacht in Lotharingen. Klokkengieten is niet eenvou dig, het vereist ervaring en vakmanschap. Vakgeheimen werden bewaakt en bleven eigendom van de familiebedrijven. Omstreeks 1620 waren in het dorp Levécourt in Lotharingen meer dan 30 gieters gevestigd, allen familie van elkaar. Behalve klokken maakten ze ook vijzels en kanonnen. In 1642 besloten de gebroeders Francois en Pierre Hemony zich in de wel varende Nederlanden te vestigen. Ze kwamen terecht in Zutphen. Het gebruik om torens niet alleen van een luidklok, maar ook van een klokkenspel te voorzien, nam in de gouden eeuw sterk toe. Eenmaal in ons land maakten de gebroeders carillons voor Zutphen, Deventer, Arnhem, Groningen en Haar lem. In 1655 was hun roem zó gevestigd dat het stadsbestuur van Amsterdam hen verzocht een "klockegespel voor het nieuwe raedhuys" te vervaardigen. Francois vestigde zich kort daarop in de grote stad, enkele jaren later ge volgd door zijn jongere broer. Met het toenemen van de beroemdheid groei de het aantal opdrachten. Zo maakten ze voor vele Amsterdamse torens, maar b.v. ook voor de Dom van Utrecht, nieuwe carillons. Na het overlijden van Francois in 1667 werd onder leiding van Pierre de zaak voortgezet. De laatste klokken met zijn naam goot hij in 1677. Hij was toen 68 jaar oud en ziekelijk. Drie jaar later overleed hij. In het begraafboek van de Nieuwe Kerk, dat zich bevindt in het stadsarchief van Amsterdam, staat vermeld: "22 february 1680 Petrus Hemony, vrijer, stadsclockgieter van de Keyzers- graft, op 't Coor, f 30." In 1868, 7 jaar na de bouw van de RK-kerk, hing in de toren nog steeds geen luidklok. Pastoor Preijer vond echter enkele parochianen bereid om in de kosten van een klok en een torenuurwerk te voorzien. 127

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 2002 | | pagina 15