Eigenaars
was goed gestuwd. Aan het schip markeerde niets. Tijdens de reis kwa
men ze diverse keren in storm terecht. Door het slingeren ging de lading
werken, maar die is weer vastgezet. Dichte mist bij Texel zorgde nog voor
enig oponthoud, maar uiteindelijk arriveerden ze toch in Amsterdam.
De zeelui verklaren dat zij 'de ganse overgebrachte lading en speciaal de
vaten wijn en brandewijn niet hebben beschadigd, bestolen, verkocht
noch daarvan overboord geworpen.' De getuigen verklaren dat de bescha
digingen zijn ontstaan als gevolg van de storm. De akte is opgemaakt op
6 januari 1700. Wat zullen deze scheepslui aangetroffen hebben toen zij
thuiskwamen in Schermerhorn? Daar had immers in november 1699 een
grote brand gewoed en lag deels in puin
Wie waren de eigenaars van de schepen? Dat konden diverse personen
zijn die een aandeel in het schip hadden. De partenrederij was een manier
om risico's te spreiden. Een schip was niet het eigendom van 1 persoon,
maar van velen. Het kleinste aandeel was 1/64. Er zijn gevallen bekend van
vermogende lieden die aandelen hadden in meer dan honderd schepen.
Zo wordt in 1636 in Alkmaar de inventaris opgemaakt van goederen die
wijlen Guyerte Adriaensdochter heeft nagelaten; zij was de weduwe van wij
len Wijbrant Pietersz. in leven schipper alhier binnen Alkmaar. De acte ver
meldt de volgende aandelen (parten) in schepen met schippers en stuurlui uit
Schermerhorn:
l/64e part in een koopvaardijschip (schipper Peter Allertsz)
l/32e part in een koopvaardijschip (schipper Jan Carssen)
l/32e part in een koopvaardijschip (schipper Sijvert Jansz Buijsman)
1/2 van l/64e part in een koopvaardijschip (schipper Pieter Pietersz
Buijsman)
l/64e part in een koopvaardijschip (schipper Pieter Thaemsz)
l/32e part in een koopvaardijschip (schipper Jan Thaemsz)
1/3 part in l/32e part in een buis (stuurman Theunis Bastiaensz)
l/64e part in een buis (stuurman Sijmon Cornelisz Gorter)
l/64e part in een buis (stuurman Pieter Pietersz Ruijtermans)
Ook van het tot stand komen van partenrederij is een attestatie bewaard
gebleven. Op 23 maart 1688 verschijnen voor Pieter de Geus (notaris): Pieter
Auwelsz. Prins, Jacob Collis en Jacob Hendriksz, grootschipper in Schermer
horn. Zij willen gezamenlijk een schip kopen, de Rebecca, en ene Jan Mataris
heeft toegezegd voor 1/16 part deel te nemen. De Rebecca is ongeveer 120
voet lang. De mannen willen samen naar Amsterdam gaan om een en ander
98