breedte gezaagd. De dikte wordt aangegeven als pondslood. Deze aan duiding stamt uit de tijd dat lood werd aangegeven in oude ponden per vierkante el. Men bleef het bij de overgang naar kilo's pondslood noemen omdat de oude ponden per vierkante el overeen kwamen met kilo's per vierkante meter. Dus 20-ponds lood weegt 20 kilo per vierkante meter. Ned. code Eng.code rollengte. gew./rol gew. /m2 dikte NHL 12 12 LBS 5 m2 60 kg 12,54 kg 1,1 mm 15 15 4 60 15,39 1,35 18 18 4 72 18,81 1,65 20 20 5 100 20,52 1,8 25 25 4 100 25,70 2,25 30 30 3,3 100 30,78 2,7 35 2,8 100 34,20 3 40 2,5 100 39,90 3,5 Het dikke lood werd vroeger gebruikt op daken als afdekkingen op nok ken en kepers van leien- en soms ook pannendaken. Door zijn gewicht kreeg het niet veel kans om op te waaien. Het lijstje houdt bij 40 ponds lood op, maar niet zo lang geleden werd er nog 60 ponds lood op nokken en kepers aangebracht. Je kon zelfs 115 ponds lood krijgen (vanuit Enge land). De verwerking van bladlood in platen en/of banen is omstreeks 1820 stukje bij beetje op de achtergrond geraakt door de komst van gewalst zink en koper of de legering van beide tot messing. Sindsdien was het gemakke lijker om met deze platen te werken omdat de daken steeds vlakker en rechthoekiger werden gemaakt, hoewel de platen minder duurzaam waren. Oud lood opnieuw gebruikt Oud lood werd niet zomaar weggegooid, het zou talrijke ernstige bo demverontreinigingen hebben veroorzaakt, hoewel in heel veel tegenwoor dige grondmonsters de aanwezigheid van lood vaak wordt aangetoond, dus wat onze oerouders hebben gedaan laat zich raden. Maar men was er in het algemeen zuinig op en gebruikte oud lood om het terug te smelten en met nieuw lood te vermengen. Men deed dat omdat oud lood harder was dan nieuw lood en men dan hardere bladen kon gieten/walsen die op hun beurt weer gemakkelijker waren te bewerken bij vlak werk waar gesoldeerd moest worden en er een kleinere kans van doorbranden bestond. Om de zelfde reden liet de Franse architect Henri Deneux bij de herbouw van de kathedraal van Reims, na de Eerste Wereldoorlog, aan het nieuwe lood niet alleen antimoon toevoegen maar liet al het gestolde middeleeuwse lood verzamelen dat bij de brand van de kap was gesmolten en overal was achter 60

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 2001 | | pagina 28