aling van de waardoor de troomden en veel plannen 5 was er een nleg van het l van de Zui- l in 1795 het moesten de ïm werd het an de Scher- an het Zaan- ;teld. Het ge- de Noordzee ste taak van :ters gewelt'. t boezemwa- erk toegeno de industrie, werking ge- :ee. je Schardam Sassluis) en water ingela- :n Helder (de lige water op opt. Iderbemaling /an de beide ke polderge- apaciteit van apaciteit van 3500 m3 per egenval, ver- Speketerspolder bij Oudkarspel. Een retentiegebied in wording (locatie F), waterschap Croot-Geestmerambacht hoging van de zeestand met als gevolg ongunstige lozingsmogelijkheden, hoge waterstanden in het IJsselmeer en het Markermeer zorgden ervoor dat het boezemwater niet snel genoeg afgevoerd kon worden. De bewoners van de huizen die aan de boezem gelegen waren ondervonden veel waterover last (Oudendijk, Beets, Oosthuizen, Hobrede en Schermerhorn). Bij een boezemstand van 0,15 m onder NAP ontstond er al overlast, dus nog voor het bereiken van het maalpeil. De 'waterlaag' waarmee Uitwaterende Sluizen nu kan 'manoeuvreren' loopt van 0,50 m onder NAP (was 0,58 m onder NAP) tot 0,15 m onder NAP. Dus slechts vijf en dertig centimeter. Er zal voor gezorgd moeten worden dat de waterstand in de Schermer boezem door grotere bemaling ten hoogste 30 a 40 cm. onder NAP blijft, waardoor het gevaar voor de huizen aan de boezem verdwenen is. De totale energie die moet worden geleverd zal dan weinig meer hoeven te zijn omdat de poldergemalen hun water minder hoog hoeven op te malen. Wei zal er naar gestreefd moeten worden om het polderwater, in de polders zelf, zo lang mogelijk vast te houden. In de polders moet voldoende waterbergings- capaciteit aanwezig zijn. Door de rigoureuze ruilverkavelingen is veel water oppervlakte verdwenen. 45

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 2001 | | pagina 13