sloten om, in verband met de onvoldoende capaciteit der bestaande bema ling, enkele molens tot tweehoog malende molens om te bouwen en het aantal molens uit te breiden. Een op 8 juli 1616 gesloten accoord tussen de verschillende delen van Het Grootslag hield onder meer in dat twee van de vijf molens staende op Crimpen, malende door de Westwouder Sluys, sullen werden opgestelt ende gemaeckt tot twee hoogh-malende molens, met twee schepraden, om hoogh ende laegh te mogen malen: dat van gelijcken twee molens van de vier, staende omtrent Broeckerhaven, mede opgestelt ende gemaeckt sullen worden tot twee hoogh malende molens, met gelijcke schepraden als voren ende dat ter selver plaetse beneffens de selve vier molens van nieuws noch gestelt sal werden een vijfde moolen Dat het ac coord ook werd uitgevoerd, weten we uit een verklaring uit 1638. Hieruit blijkt dat de vier watermolens benoorden Enkhuizen, die tot kort daarvoor slechts eenhoog maalden, sinds enige jaren in verband met het gestegen vloedpeil in de Zuiderzee omgebouwd zijn om tweehoog te kunnen malen. Hetzelfde was geschied met de vijf molens te Broekerhaven. Wat de om bouw der molens betrof was men dus verder gegaan dan oorspronkelijk was afgesproken. 1763 Poldermolen De Knevelaar in Zuid-Schermer met drie schepraderen uitgerust Het feit dat noch Blanken, noch Huichelbos van Liender in 1793 een op merking maakte over een al bestaande molen met drie schepraderen, sug gereert dat zij niet van het bestaan van zo'n molen op de hoogte waren. Toch blijkt zo'n molen bestaan te hebben. Bij ons onderzoek naar de geschiedenis van de polder- en industriemolens van het Schermereiland ontdekten we archiefstukken over de plaatsing van drie schepraderen in poldermolen De Knevelaar (Zie voorplaat). De plaats van deze molen in de banne Zuid-Schermer (met als kern het zuidelijke deel van het huidige Grootschermer) is aangegeven in Afb. 6. Het oorspronkelijke Knevel mo- Ientgen [waarschijnlijk een wipwatermolen] was in 1562 gebouwd; in 1625 werd de molen herbouwd als grote achtkante binnenkruier.6 Rond een ver bouwing van De Knevelaar in 1763 speelde zich de hieronder beschreven controverse af. Wateroverlast - Kort voor 1763 richtte een twintigtal landeigenaren en landgebruikers uit Graft zich met klachten over ernstige wateroverlast tot hun dorpsbestuur.7 Zij gaven ook de oorzaken aan: het veenland klonk door de ontwatering langzaam in. Daarbij kwam de vaak hoge waterstand in de ringvaart waardoor de molens het water niet meer goed weg konden 60

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 2000 | | pagina 12