Op de situatietekening van de omgeving van de Kralingerbrug zie je aan het oosteinde een gearceerde vorm. Daar bevindt zich nu Oosteinde 1, de voor malige Doopsgezinde Pastorie. Huis, erf, schuur en luchthuis waren in 1832 eigendom van Gerard Joan van Hoolwerff. SirUATIC 18S2 In De Rijp, waar de architectuur veel overeenkomsten vertoont met die van de Zaanstreek, waren luchthuizen en koepels te vinden aan de noordkant van het dorp. Aan de Gouw en aan de sloten die parallel aan de Rechtestraat lopen. Op een plattegrond bij dit artikel is aangegeven waar de luchthuizen stonden en in het onderschrift van wie ze waren. Voor de luxe optrekken werden verschillende namen gebruikt. Zo spreekt men van een luchthuis, lusthuis, luchtprieel, lustprieel (Vondel) en paviljoen. Ook van lustwarande, luchtkoepel, theekoepel, tuinkoepel, kiosk en tuinhuis. Als er sprake is van koepel betekent dit dat het gebouw een ge welfd plafond of dak heeft. De verwisseling luchthuis en lusthuis is grappig. Lucht duidt op lucht en licht, terwijl lust plezier betekent. Overigens was het bouwen van luchthuizen een internationaal verschijn sel. Zo blijkt bijvoorbeeld dat een land als Zweden een eeuwenlange cultuur van luchthuisbouw kent. Luchthuizen worden daar "lusthusen" genoemd, dat lijkt veel op onze benaming. Zoals u merkt, beslaan de afbeeldingen bij dit artikel meer ruimte dan de tekst ervan. Ik vind dat geen bezwaar, omdat een tekening nu eenmaal be ter iets duidelijk maakt dan woorden dit kunnen doen. Jan Deckwitz 134

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 1999 | | pagina 18