Dc dam diende oorspronkelijk als jaagpad voor de scheepsjagers op het
traject Alkmaar-Purmerend. De scheepsjagers en hun paarden konden, nadat
het Kogerpolder Kanaaltje was gegraven, van de Rijsdam naar de vaste wal
worden overgezet met het pontje.
Dat pontje bleef in reserve nadat de scheepsjagerij al lang was opgeheven.
Daardoor kon het. wanneer de vlotbrug weer eens was aangevaren, met
enige improvisatie alsnog worden ingezet over het grote kanaal. Dat is met
name het geval geweest tijdens de hongerwinter, toen de brug - wéér door de
Duitsers kapotgevaren - zo'n driekwart jaar buiten gebruik is geweest. De
brugwachters hebben er - net als Jan Hop te Spijkerboor - tienduizenden
etenshalers en hun gammele fietsen, handkarren en kinderwagens mee
overgezet.
Ook na de oorlog is dat pontje nog menige keer als reservepont ingezet.
Bijvoorbeeld te Spijkerboor, als de (veel grotere) pont daar de tweejaarlijkse
hellingbeurt bij Moerbeek in Purmerend moest ondergaan. Of ter vervanging
van het Akersloter pontje, wanneer ook dat gehellingd moest worden. Het
pontje van Kogerpolder was ongeveer even groot als dat van Akersloot nu.
Gedurende mijn schooljaren in Kogerpolder heb ik één keer moderniserings
werkzaamheden aan de vlotbrug zien uitvoeren. Dat is in of omstreeks 1937
geweest. Toen werden de afsluitbomen vernieuwd Oorspronkelijk waren dat
op beide oevers een rood-wit geverfd balkje, wat aan de ene kant aan een
kettinkje hing en waarvan de brugwachter het andere eind in een houten klos
met uitsparing moest leggen om aldus de brug af te sluiten voor landverkeer.
Om die afsluiting te bewerkstelligen moest hij dus altijd een kwart cirkel
lopen, met die "bommel" in de hand.
De modernisering bestond eruit dat aan de zijkant van de brug een veel
langere rood-witte afsluitboom werd geconstrueerd, die werd neergelaten en
viel vanzelf in een vergrendeling. Voortaan kon die afsluitboom vanaf de
staanplaats bij dc kabellier worden bediend: er zat een trekker aan met een
kabeltje, waarmee de vergrendeling ongedaan kon worden gemaakt als de
bommel weer omhoog moest, nog altijd op de handkracht van de brugwach
ter. Nou ja, hij hoefde dan niet meer elke keer die kwart cirkel met de
bommel in de hand te lopen, voor en na het draaien aan de lier. Maar nog
jaren lang hebben dc twee oude hommeltjes aan hun kettinkjes terzijde van
het bruggehekwerk gehangen. Want "ons bent zunig". ook in Noord-
Holland. aan het kanaal van Jan Blanken zaliger gedachtenis.
Cor Booy
123