7 onder meer drie dames werktafeltjes, zonder twijfel gebruikt bij de nuttige en fraaie handwerken. In deze kamer schijnt de zon naar binnen en staat (of hangt) de kanariekooi. Een penantkastje, waarin het materiaal voor het handwerken kon worden opgeborgen, completeert het interieur. Het domein bij uitstek van Klaas de Wit, het kantoor, is spaarzaam gemeubileerd. Geen kleed of karpet op de vloer, geen gordijn aan de wand. Slechts een tafel, zes stoelen, een fauteuil en een notebomen kabinetje. In het gangetje staat een op veertig gulden getaxeerd staand horloge, in die tijd symbool bij uitstek van burgerlijke welstand. Het huishoudelijk werk speelt zich voor een groot deel af in keuken en mangelkamer. De keukeninventaris wordt niet gedetailleerd, wel die van de mangelkamer: mangel, mangeltafel, regtbank, vatebank, pers, vier tobben en vier emmers. Blijkbaar werd hier ook gewassen. Als we naar boven gaan, komen we eerst op de bovenvoorkamer. Er staan een ronde tafel en zes stoelen en een fauteuil met rode zittingen. Het waschtafeltje en de secretaire zijn van mahonie; het ledikant is van eikenhout en bekleed met groene stof: met groen saai behangsel. Zou dit de slaapkamer van het echtpaar zijn? Of had elk zijn eigen slaapkamer? Een vaste kast biedt plaats aan onder meer een dozijn delftsche haringborden, twee porceleinen serviesen met gouden randen (een populaire uitvoering in die tijd), een Saksisch serviesje, een koperen papegaye kooi en een groot aantal koperen pannen, ketels, bedpannen, stoven en dergelijke. In de bovenachterkamer staan maar liefst drie ledikanten. Hier zullen een aantal kinderen geslapen hebben. Om hun spullen op te bergen zijn er een lage ladenkast met een buikige voorzijde, een zogenaamde chiffonnière, en een buffetkastje. Verder staat er in deze kamer een eikehouten glazekas, een kast met glazen deuren. Op de vliering staan maar liefst negen bedden, elk met een peuluw (peluw langwerpig kussen), twee kussens, een katoenen deken en twee wollen dekens. Vanwege het grote kinderaantal verbaast het ook niet hier drie wiegebedjes aan te treffen. Goud en zilver Naast het meubilair, getaxeerd op 2511, is er voor 1261,17 aan goud- en zilverwerk. Het duurste voorwerp is de gouden hoofdbeugel die door Trijntje gedragen zal zijn; met zijn 91 wigjes (1 wichtje 1 gram) wordt hij geschat op 127,40. Er zijn twee gouden horloges: een goud horlogie en een dito repetitie. In de hele beschrijving van de inboedel worden slechts twee soorten boeken genoemd: het met goud gemonteerde kerkboek en de schuldboeken. Van zilver was om te beginnen het bestek. Lepels waren er in overvloed: 96, waaronder twee soeplepels. Het aantal messen is een stuk lager: 22. Opvallend is het vrijwel ontbreken van vorken: de inventaris vermeldt slechts

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 1996 | | pagina 9