6
bestaande uit twee fauteuils en een met zwart trijp beklede mahoniehouten
canapé. Dit zitje wordt gecompleteerd door twee kussens en een
voetenbankje. De mahonie theestoof met ketel geven aan dat hier thee werd
gedronken. In de voorkamer staat ook het muziekkastje, waarin men de
bladmuziek voor de piano bewaard zal hebben.
De nieuwe kamer zal vooral het privé-vertrek van de vrouw des huizes zijn
geweest. Hier staan immers een spiegelkabinet met daarop een porceleinen
kaststel, een wastafel, een ledikant met groen saai behangsel (saai is een
wollen stof), een toilet met spiegel, alles uitgevoerd in mahonie, en een
geridon (gueridon: een rond of ovaal siertafeltje). Het toilet was vermoedelijk
een sierlijk uitgevoerd kistje, waarin Trijntje alles bewaarde om zich op te
doffen, om toilet te maken. Wellicht sliep zijzelf of een van haar oudste
dochters hier ook met een van de jongste kinderen want de inventaris
vermeldt ook een ypehout ledikantje met katoen behangsel.
Moeder en dochters zullen veel in de tuinkamer vertoefd hebben. Hier staan
Afb. 2 - Gezicht op het Oosteinde rond de eeuwwisseling. Op de plaats van het
brede pand met de daklijst stond in 1850 het huis van Klaas en Trijntje de Wit.